4
INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK
fig.2a
fig.2b
ELEKTRISCHE OVEN
De oven biedt negen combinatiemogelijkheden voor de
elektrische warmte-elementen; als voor het te koken
gerecht de meest geschikte combinatie wordt gekozen
zullen uiterst precieze resultaten mogelijk zijn.
De verschillende functies worden verkregen door de knop
van de keuzeschakelaar “G”
in de volgende standen
te draaien:
Na instelling van de gewenste verwarmingsmethode, de
knop van de thermostaat “H”
op de gewenste
temperatuur instellen.
• Voor het op normale wijze
conventionele koken
(roosteren, biscuits, enz.) de functie
gebruiken
(boven- en onderwarmte).
De te bereiden gerechten pas in de oven plaatsen als de
vooraf ingestelde temperatuur is bereikt en bij voorkeur
slechts één niveau gebruiken.
• Als daarentegen een sterkere verwarming van de
gerechten van onderen of van boven is gewenst, de
keuzeschakelaar in de stand
(onderwarmte),
(onder ventilator) of
(bovenwarmte) plaatsen.
• Bij de functie
wordt het gerecht gebakken met behulp
van vooraf door een verwarmingselement opgewarmde
lucht die vervolgens door een ventilator in de oven in
circulatie wordt gebracht. De oven komt zeer snel op
temperatuur en de gerechten kunnen daarom direct vanaf
het begin in de koude oven worden geplaatst. Voorts
bestaat de mogelijkheid om tegelijkertijd op twee
verschillende niveaus te bakken.
• Bij de functie “
snel ontdooien”
worden geen
verwarmingselementen gebruikt, maar uitsluitend de
ovenverlichting en de ventilator.
l
o
o
b
m
y
S
e
i
t
c
n
u
F
n
e
g
o
m
r
e
V
0
t
i
U
)
0
-
r
e
d
n
o
+
ll
i
r
g
i
n
i
m
+
t
n
e
m
e
l
e
s
g
n
i
t
t
i
h
r
e
V
)
1
W
0
5
3
2
r
e
d
n
o
t
n
e
m
e
l
e
s
g
n
i
t
t
i
h
r
e
V
)
2
W
0
0
3
1
ll
i
r
g
i
n
i
m
t
n
e
m
e
l
e
s
g
n
i
t
t
i
h
r
e
V
)
3
W
0
5
0
1
ll
i
r
g
t
n
e
m
e
l
e
s
g
n
i
t
t
i
h
r
e
V
)
4
W
0
0
0
2
ll
i
r
g
+
ll
i
r
g
i
n
i
m
t
n
e
m
e
l
e
s
g
n
i
t
t
i
h
r
e
V
(
ll
i
r
g
i
x
a
M
)
5
W
0
5
0
3
e
i
t
a
li
t
n
e
v
+
ll
i
r
g
i
x
a
M
)
6
W
0
0
1
3
e
i
t
a
li
t
n
e
v
+
r
e
d
n
o
t
n
e
m
e
l
e
s
g
n
i
t
t
i
h
r
e
V
)
7
W
0
5
3
1
e
i
t
a
li
t
n
e
v
+
e
i
t
a
l
u
c
r
i
c
t
n
e
m
e
l
e
s
g
n
i
t
t
i
h
r
e
V
)
8
W
0
5
8
2
n
e
i
o
o
d
t
n
o
l
e
n
S
)
9
W
0
5
Braadspit - draaispit
Om het braadspit te gebruiken moet u als volgt te werk
gaan: prik het vlees dat u klaar wilt maken op dwarsspies
in de lengterichting en zorg ervoor dat het vlees tussen de
beide speciale verstelbare vorken klem komt te zitten
(fig.2a)
Doe de steunen “A” en “B” (fig.2b) in de gaten in de
vetopvangbak “E”, laat de gleuf van de stang precies in
de opening “C” vallen en zet het rooster op de eerste
geleider van de bodem van de oven af gerekend; steek de
stang nu in het gat van het draaispit en schuif de gleuf
naar voren in de opening “D”. Stel het draaispit in werking
door de keuzeschakelaar op één van de volgende standen
te draaien:
.
• Bij het
grillen wordt een hoog verwarmingsvermogen
gebruikt, wat het onmiddellijke roosteren van de
buitenoppervlakken van de gerechten mogelijk maakt en
speciaal geschikt is voor vleessoorten die van binnen
zacht moeten blijven.
Voor het koken met de grill moet de keuzeschakelar “H”
op één van de volgende standen worden gezet:
(grill),
(maxigrill),
(maventilator)
Bij het grillen is het van belang dat de ovendeur
gesloten blijft. De thermostaatknop verder niet op een
temperatuur van meer dan 200°C instellen.
Ovenverlichting
De ovenverlichting gaat branden zodra de keuzeschakelaar
op een willekeurige stand wordt gezet.
Controlelampje "S"
De oven is voorzien van een controlelampje (figuur op blz.2),
dat uitgaat zodra de ingestelde temperatuur is bereikt. Op
dit punt betekent het aan en uit gaan van het lampje dat de
thermostaat aan het werk is de temperatuur van de oven
constant te houden.