NL
Voor wijnbewaarkasten: “Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor het bewaren van wijn”
Voor een vrijstaand apparaat: “Dit koelapparaat is niet bedoeld om te worden gebruikt als
inbouwapparaat”
Voor apparaten zonder 4-sterrencompartiment: “dit koelapparaat is niet geschikt voor het invriezen
van levensmiddelen”
VOEDSELOPSLAG
Positioneer verschillende voedingsmiddelen in verschillende compartimenten volgens onderstaande
tabel
Koelkastvakken
Type voeding
Deur of balkons van
koelkastcompartiment
•
Voedingsmiddelen met natuurlijke
conserveringsmiddelen, zoals jam,sappen, dranken,
specerijen.
•
Bewaar geen bederfelijk voedsel.
Frissere lade (saladelade)
•
Fruit, kruiden en groenten moeten apart in de
crisperbak worden geplaatst.
•
Bewaar bananen, uien, aardappelen en knoflook niet
in de koelkast.
Koelkast- midden
•
Zuivelproducten, eieren
Koelkast- bovenkant
•
Voedingsmiddelen die niet gekookt hoeven te
worden, zoals kant-en-klare voedingsmiddelen,
vleeswaren, restjes.
Vrieslade (s)/ lade
•
Voedingsmiddelen voor langdurige opslag.
•
Onderste lade voor rauw vlees, gevogelte, vis.
•
Middelste lade voor firozen groenten, chips.
•
Bovenste lade voor ijs, bevroren fruit, bevroren
gebakken goederen.
•
Geadviseerd wordt om de temperatuur in het koelvak in te stellen op 4°C en, indien
mogelijk, in het vriesvak op -18°C.
•
Voor de meeste levensmiddelencategorieën wordt de langste bewaartijd in het koelvak
bereikt bij koudere temperaturen. Aangezien sommige producten (zoals verse groenten
en fruit) door koudere temperaturen beschadigd kunnen worden, wordt geadviseerd ze in
de crisperlades te bewaren, indien aanwezig. Indien niet aanwezig, handhaaf dan een
gemiddelde instelling van de thermostaat.
•
Raadpleeg voor diepvriesproducten de bewaartijd die op de verpakking van het
voedingsmiddel vermeld staat. Deze bewaartijd wordt bereikt wanneer de instelling in
overeenstemming is met de referentietemperaturen van het vriesvak (één ster -6°C, twee
sterren -12°C, drie sterren -18°C).