Grundfos AQC-D12, Инструкция по установке и эксплуатации

Страница: 140 / 268

Nederlands (
N
L)
140
11.5 Opsporen van storingen
Voorzichtig
Houd de installatie- en bedieningsinstructies van de
meetversterker en regelaar aan!
Storing Oorzaak Oplossing
1. Geen display.
Geen stroomtoevoer
voor de meetcel.
a) Een ontsmettings- of oxidatiemiddel ontbreekt in
het monsterwater.
Controleer de concentratie door het uitvoeren
van een referentiemeting. Controleer de doseer-
eenheden en activeer de dosering.
Controleer de instellingen van de meetverster-
ker.
b) De elektrodekabelaansluiting is onderbroken. Herstel de aansluiting. Vervang beschadigde
kabels.
c) Geen of te lage monsterwaterdoorstroming. Reinig het filter, controleer de doorstroming en
controleer de inlaatdruk van het monsterwater.
d) De meetelektrode is defect. Vervang de meetelektrode.
e) De meetelektrode is verontreinigd of passief
gemaakt door afzettingen.
Ontmantel, reinig of vervang de meetelektrode.
2. De meetwaarde is lager
dan de referentiemeting.
a) De meetelektrode is defect. Vervang de meetelektrode.
b) De meetelektrode is verontreinigd of passief
gemaakt door afzettingen.
Verwijder, reinig of vervang de meetelektrode.
c) De temperatuur is gedaald sinds de kalibratie. Activeer de automatische temperatuurcompen-
satie, indien van toepassing. Kalibreer opnieuw.
d) Het systeem heeft te kort gedraaid voorafgaande
aan de kalibratie.
Laat het systeem ten minste twee uur draaien
en kalibreer opnieuw. Kalibreer opnieuw.
e) Ongeschikt chloreermiddel. Gebruik uitsluitend chlooroplossingen zoals
chloorgas, natriumhypochloriet en gechloreerde
kalk. Gebruik geen organische producten zoals
trichloor isocyanidezuur.
f) Onjuiste referentiemeting tijdens kalibratie. Controleer de referentiemeting en voer een
andere meting uit. Kalibreer opnieuw.
g) De pH-waarde voor de chloormeting is gestegen
sinds de kalibratie.
Houd de pH-waarde constant. Activeer de
pH-waardecompensatie, indien van toepassing.
Kalibreer opnieuw.
h) De hoeveelheid monsterwater is te laag ingesteld. Controleer en stel de hoeveelheid monsterwater
in. Controleer het filter en reinig het indien
nodig.
i) De reinigingsvleugel is geblokkeerd. Monteer de vleugel op de juiste wijze.
3. De gemeten waarde is
hoger dan de referentie-
meting.
a) De temperatuur is gestegen sinds de kalibratie. Activeer de automatische temperatuurcompen-
satie, indien van toepassing. Kalibreer opnieuw.
b) De pH-waarde voor de chloormeting is gedaald
sinds de kalbiratie.
Houd de pH-waarde constant. Activeer de
pH-waardecompensatie, indien van toepassing.
Kalibreer opnieuw.
c) Interferentie door andere oxiderende middelen in
het monsterwater.
Analyseer het monsterwater. Controleer de
gebruikte chemicaliën.
4. De meetwaarde is niet
stabiel.
a) Interferentie op de signaalleidingen. Controleer de afscherming en aansluitingen op
de versterker.
b) Het membraan van de referentie-elektrode is
geblokkeerd.
Reinig het membraan (aan de kant van de
onderkant van de referentie-elektrode) met ver-
dund zoutzuur (10 %). Vervang indien nodig de
referentie-elektrode.
c) De meetelektrode is verontreinigd of defect. Reinig de meetelektrode met een verdund schu-
rend reinigingsmiddel. Vervang de meetelek-
trode indien nodig.
d) Het filter is verontreinigd en de hoeveelheid mon-
sterwater is daarom te laag.
Controleer het filter en reinig het indien nodig.