l
Met het apparaat mogen alleen middelen
worden gespoten die voor verschuiming ge-
schikt zijn. De schuimvorming wordt beïn-
vloed door:
1. de concentratiegraad van het middel in de
oplossing.
2. de hardheid van het water.
3. de neigingsgevoeligheid van het middel
om schuim te vormen.
4. het aantal gebruikte viltschijven
(C)
.
Men dient de aanwijzingen van de fabrikant
van het middel op te volgen.
l
Sproeivloeistoffen zijn in de praktijk meng-
sels van verschillende stoffen, waarvan al-
leen de fabrikant de samenstelling kent.
De gebruiker dient daarom met de fabri-
kant van de vloeistof te overleggen of het
apparaat geschikt is voor een bepaalde
vloeistof.
Voorzienbaar misbruik
l
Het apparaat is
niet
geschikt voor:
- Mieren- en vloeizuren in iedere concen-
tratie.
- Zuren en logen in de onder "Toepassin-
gen" aangegeven soorten in hogere
concentratie of als mengsel.
- Oliën en brandstof.
- Media, die aan de gebruikte kunststoffen
scheuren kunnen veroorzaken of bevorde-
ren.
- Vloeistoffen met temperaturen boven
+ 40°C.
- Brandbare vloeistoffen.
- Zeer taaie, kleverige of sedimentvor-
mende vloeistoffen die niet volledig uit
het apparaat geschud of gespoeld kun-
nen worden (oliën en oliehoudende
vloeistoffen).
l
Op verzoek stelt de fabrikant van het appa-
raat een gedetailleerde materiaalstukslijst
van het apparaat beschikbaar voor een
nauw keurige controle.
l
Bij eigenhandige veranderingen aan het
apparaat of bij niet-reglementair gebruik is
de fabrikant niet aansprakelijk voor de
daaruit resulterende schade.
Inbedrijfstelling
l
Om te vullen, de ventielunit
(B)
linksom-
draaiend uit het reservoir schroeven.
l
De tank vullen; zie voor de max. te gebrui-
ken hoeveelheid vloeistof “Max. vulvo-
lume“ onder Technische gegevens en de
schaalverdeling op de tank.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor de gezondheid door
uitlopende reinigingsvloeistof!
Een ondicht apparaat of ondichte apparaatde-
len kunnen ertoe leiden dat reinigingsvloei-
stof uitloopt of er uitspuit.
Volg daarom de volgende veiligheidsaanwij-
zingen op:
- Voor ieder gebruik het apparaat op een
correcte staat en lekkage controleren.
De veiligheids-/drukreduceerventiel met
de hand aan de knop omhoogtrekken en
controleren of de meter in de uitgangspo-
sitie terugkeert.
- Het apparaat uitsluitend rechtopstaand
gebruiken of verplaatsen.
- Controleer de goede bevestiging van alle
schroefverbindingen.
NL
22
NL
FM10_DE_RU_80S_977091-02_final.qxp_Innenseiten_FM10.qxd 12.06.18 10:51 Seite 2
All manuals and user guides at all-guides.com