34
35
34
35
Macromodus
U kunt de macro-opname gebruiken om foto’s van kleine
voorwerpen of foto’s van dichtbij te nemen. Met deze modus
kunt u de zoom gebruiken als u dichter bij uw onderwerp bent.
1. Druk op de
knop om het macrofunctiemenu in te
gaan.
2. Druk op de Links / Rechtsknop om tussen de volgende twee
modussen te kiezen:
•
Macro uit
Selecteer deze optie om Macro uit te schakelen.
•
Macro aan
Selecteer deze optie om scherp te stellen op
onderwerpen die zich op 5 cm van de lens bevinden.
3. Druk op de SET knop om de instellingen te bevestigen en
het menu uit te gaan.
INSTELLINGEN-functiemenu
Het INSTELLINGEN-functiemenu van de camera heeft EV, ISO,
B sluiterfuncties. Met de juiste functie kunt u betere foto’s en
films maken.
Belichtingscompensatie
Met de belichtingscompensatie kunt u de belichtingswaarde
aanpassen en de beste foto nemen.
1. Druk op de SET knop om het INSTELLINGEN-functiemenu in
te gaan.
2. Druk op Links / Rechtsknop voor het selecteren van het
vereiste functiemenu, druk op de SET knop voor het
bevestigen van de instelling en de interface uit te gaan.
3. Het instelbare belichtingswaardebereik is van EV -3.0 tot
EV+3.0.