Franklin Electric Co., Inc.
| Oklahoma City, OK 73157-2010
littlegiant.com
Formulier 998633 Rev. 002 08/19
Copyright © 2019, Franklin Electric, Co., Inc. Alle rechten voorbehouden.
Problemen oplossen
Probleem
Mogelijke oorzaken
Corrigerende maatregel
De pomp schakelt niet in
wanneer het reservoir
gevuld is met condenswa
-
ter.
De pomp staat niet onder spanning.
Sluit de pomp aan op een circuit dat is uitgerust met een aard
-
lekschakelaar.
De stroomonderbreker staat uit of de zeker
-
ing werd verwijderd.
Zet de stroomonderbreker aan of vervang de zekering.
Ophoping van vuil of opeenhoping op vlot
-
ter.
Schone vlotter; een vuile vlotter is vaak te zwaar om naar behoren te
werken.
De beweging van de vlotter wordt belem
-
merd.
Verwijder het reservoir. Controleer het pad van de vlotter. Verwijder
vuil of obstructies.
Defecte schakelaar.
Vervang de pomp.
Defecte motor.
Vervang de pomp.
Het reservoir loopt over
met condens.
De pomp staat niet onder spanning.
Sluit de pomp aan op een circuit dat is uitgerust met een aard
-
lekschakelaar.
De vloeistofinstroom komt overeen met of
overschrijdt de uitvoercapaciteit van de
pomp.
Grotere pomp vereist.
In dit geval zou de hoogniveauschakelaar de wisselstroomunit moeten
uitschakelen of een alarm moeten laten weerklinken als ze op correcte
wijze in het circuit is aangesloten. Controleer of de hoogniveauschake
-
laar van de pomp is aangesloten op de wisselstroomunit (of het alarm
-
circuit) en of de kabels zijn aangesloten op de juiste
schakelaarklemmen voor de toepassing.
De pomp staat niet waterpas.
Controleer of de pomp waterpas staat. Als de pomp niet waterpas
staat, schakelt ze mogelijk niet in, waardoor er water uit het reservoir
stroomt. Plaats de pomp op een vlak en horizontaal oppervlak.
Ophoping van vuil of opeenhoping op vlot
-
ter.
Schone vlotter. Een vuile vlotter is vaak te zwaar om naar behoren te
werken.
De regelklep is geblokkeerd of verstopt.
Verwijder de regelklep en inspecteer of ze naar behoren werkt.
Uitgangsstroom is geblokkeerd.
Controleer of de afvoerslang niet geknakt of geblokkeerd is. Haal alle
slijm en vuil uit de geblokkeerde slang. Reinig de inlaat- en uitlaatle
-
idingen.
De pompwaaier draait niet.
Verwijder eventuele verstoppingen uit de waaierbehuizing.
Defecte schakelaar.
Vervang de pomp.
Defecte motor.
Vervang de pomp.
De pomp schakelt niet uit.
De beweging van de vlotter wordt belem
-
merd.
Verwijder het reservoir. Controleer het pad van de vlotter. Verwijder
vuil of obstructies.
De vloeistofinstroom komt overeen met of
overschrijdt de uitvoercapaciteit van de
pomp.
Grotere pomp vereist.
In dit geval zou de hoogniveauschakelaar de wisselstroomunit moeten
uitschakelen of een alarm moeten laten weerklinken als ze op correcte
wijze in het circuit is aangesloten. Controleer of de hoogniveauschake
-
laar van de pomp is aangesloten op de wisselstroomunit (of het alarm
-
cir
-
cuit) en of de kabels zijn aangesloten op de juiste
schakelaarklemmen voor de toepassing.
Defecte schakelaar.
Vervang de pomp.
De pomp werkt, maar
voert geen vloeistof af.
De regelklep is geblokkeerd of verstopt.
Verwijder de regelklep en inspecteer of ze naar behoren werkt.
Opvoer te hoog voor pomp.
Controleer het nominale vermogen van de pomp.
De waaierinlaat is verstopt.
Verwijder de pomp en reinig ze.
Uitgangsstroom is geblokkeerd.
Controleer of de afvoerslang niet geknakt of geblokkeerd is. Haal alle
slijm en vuil uit de geblokkeerde slang. Reinig de inlaat- en uitlaatle
-
idingen.
De nominale capaciteit van
de pomp wordt niet
bereikt.
De regelklep is geblokkeerd of verstopt.
Verwijder de regelklep en inspecteer of ze naar behoren werkt.
Opvoer te hoog voor pomp.
Controleer het nominale vermogen van de pomp.
Lage spanning, te trage snelheid.
Controleer of de toevoerspanning is afgestemd op het vermogen van
het typeplaatje.
De waaier- of de afvoerleiding is verstopt.
Verwijder de pomp en reinig ze. Controleer de leiding op aanslag of
corrosie.
De pomp werkt continu.
De regelklep lekt.
Verwijder de regelklep en inspecteer of ze naar behoren werkt.