INSTALLATIE
• Koud water en warm water met een temperatuurverschil tussen
beide van maximum 50°C (aanbevolen : 45°C) aansluiten en
drukverschillen regelen (
Δ
P < 1 bar).
Druk: maximum 10 bar (aanbevolen stromingsdruk: 0,5 tot 5 bar).
VOORMONTAGESET
Inbouw in een gewone muur
(fig.
2
)
• Maak de inbouwopening in de muur alsook de gleuven voor de
leidingen.
• Houd rekening met de inbouwdieptes (fig.
1
) en het afgewerkte
muuroppervlak (bekleding) t.o.v. de referentiekant
A
van de inbouwkast.
Inbouw in een gipsplaten muur
(fig.
3
)
• Bevestig de inbouwkast op 2 steunlatten
B
tussen 2 verticale latten
C
op
een afstand van 240 mm.
• De referentiekant
A
van de inbouwkast moet op de verticale latten
C
liggen.
• Zorg dat het geheel waterpas is.
• Houd rekening met de inbouwdieptes (fig.
1
) en het afgewerkte
muuroppervlak (bekleding) t.o.v. de referentiekant
A
van de inbouwkast.
Bevestigen van de inbouwkast
(fig.
4
)
• Monteer het geheel van de inbouwkast in de inbouwniche.
• Zorg dat het geheel waterpas is.
Voormontage van de leidingen
(fig.
5
)
Voer een voormontage van de leidingen met de kraan
E
en de dichtingen
uit (geen filters plaatsen) en bevestig vervolgens de leidingen.
Bekleding
(fig.
6
)
• De beschermingsplaat
F
plaatsen en de bekleding afwerken.
• De afstand tussen de afgewerkte zijde van de muur en de
referentiekant
A
van de inbouwkast moet tussen de 10 en 30 mm
bedragen. Zaag het overtollige deel van de inbouwkast af.
Waterdichtheid van de inbouwkast
(fig.
7
)
• De omtrek van de inbouwkast met afdichtingskit waterdicht maken
(zonder beschermingsplaat).
• De beschermingsplaat
F
(fig.
6
) terug op de inbouwkast plaatsen.
BEDIENINGSSET
Modellen met hoofddouche
(fig.
8
)
De hoofddouche zo plaatsen dat de sproeier
G
zich op 2,10 m van de
vloer bevindt.
Plaatsen van de kraan en de plaatsteun
(fig.
9
,
10
)
• De beschermingsplaat
F
(fig.
6
).
• Spoel de leidingen met behulp van de kranen
H
en
I
.
• Installeer de kraan
D
.
• Monteer de plaatsteun
J
(matig aanspannen) en zorg dat het geheel
waterpas is.
Monteren
(fig.
11
)
• De plaat
N
plaatsen met behulp van een inbussleutel van 2 mm.
• De greep
M
monteren, de schroef V aanspannen en het afdekkapje
C
aanbrengen.
DE INSTALLATEUR DIENT:
• DE OMTREK VAN DE INBOUWKAST MET AFDICHTINGSKIT WATERDICHT TE
MAKEN EN TE WAKEN OVER EEN CORRECTE AFVOER VAN HET WATER BIJ
EVENTUELE LEKKEN OF CONDENS;
• DE WATERDICHTHEID VAN DE DICHTINGEN TUSSEN DE PLAATSTEUN
J
(fig.
10
)
EN DE MUUR MOET MINSTENS EENMAAL PER JAAR EN ZO VAAK ALS NODIG
GECONTROLEERD WORDEN. INDIEN NODIG DE DICHTINGEN VERVANGEN.
De niet-naleving van deze aanbevelingen kan het risico op insijpeling
met zich meebrengen, waarvoor DELABIE niet aansprakelijk kan
worden gesteld.
IN GEVAL VAN TWIJFEL, CONTACT OPNEMEN MET DE TECHNISCHE DIENST
VAN DELABIE: + 32 (0)2 520 16 76.
DEBIETREGELING
(fig.
12
)
> Temperatuursbegrenzing:
• Alle modellen mengkranen worden geleverd met een vooringestelde
temperatuursbegrenzing om zo elk risico op verbranding tegen te gaan.
• De maximumtemperatuur van het sanitair warm water is ingesteld op
50°C voor de aftappunten bestemd voor het wassen (Besluit van
30/11/05).
> Regelen van de temperatuurs begrenzingsring
Om de vooringestelde temperatuursbegrenzing te wijzigen, de regelring
juist onder de greep losclipsen en opnieuw instellen. De positionering van
de ring laat toe de temperatuur op de uitgang van de kraan te begrenzen.
• Om toegang te krijgen tot het binnenwerk, de greep demonteren door
het knopje in te drukken, de schroef losmaken met behulp van een
inbussleutel 2,5 en vervolgens de schroefdop (fig.
11-D
) op het
kraanlichaam losschroeven.
• Om de warmwater regeling te wijzigen (WW) A, de begrenzingsring
losclipsen en in wijzerzin draaien om de warmwaterregeling te
verminderen, in tegenwijzerzin draaien om die te vermeerderen. De
ring terugplaatsen en ondertussen de temperatuur aan de uitgang
controleren om zeker te zijn dat de gewenste maximumtemperatuur
wordt bekomen.
• Om terug te keren naar de maximum warmwatertemperatuur -
B
, de
inkeping op de ring op dezelfde plaats als de inkeping op het
binnenwerk plaatsen.
AANBEVELINGEN
•
Onze kranen moeten door een vakman geplaatst worden
volgens de voorschriften, de beschrijving van het studiebureel en de
regels der kunst.
•
Respecteer de benodigde diameters van de leidingen
om
waterslagen of druk/debietverliezen tegen te gaan (zie berekeningstabel
in de catalogus of op de onze website www.delabie.fr)..
•
Bescherm de installatie
met filters, waterslagdempers of drukregelaars
en beperk zo het onderhoud (aanbevolen druk: 1 tot 5 bar).
•
De leidingen, stopkranen, tapkranen en andere sanitaire toestellen
dienen zo vaak als nodig gecontroleerd te worden of toch minstens
1x per jaar.
ONDERHOUD EN REINIGING
•
Reinigen van chroom:
Gebruik nooit schuurmiddelen en chloorhoudende of andere chemische
producten: reinig met zeepwater en een zachte doek of spons.
•
Vorstvrij stellen:
Spoel de leidingen en stel de kraan enkele keren na elkaar in werking
zodat ze volledig geledigd wordt.
SERVICE
Onzuiverheden komende uit de leidingen kunnen leiden tot een
verstoorde werking.
• Controleer minstens 1x per jaar of zo vaak als nodig de werking van
het patroon. Indien nodig het patroon vervangen.
Om het patroon te demonteren
• Verwijder de greep
M
(fig.
11
)
• De plaat
N
verwijderen met behulp van een inbussleutel van 2 mm
(fig.
11
).
• Sluit de afsluitkranen
H
en
I
(fig.
9
) om de watertoevoer af te sluiten.
• Draai de moerdop
D
en de moer
E
los en verwijder tenslotte het
patroon
K
(fig
11
).
Opgelet: de binnenkant van het mechanisme nooit smeren.
Dienst Na Verkoop en Technische dienst:
Tel:
+ 32 (0)2 520 16 76
e-mail:
De laatste bijgewerkte versie van deze folder is beschikbaar op
www.delabie.nl
NL
NT2543 ind0 FR-GB-DE-PL-NL_Mise en page 1 27/06/14 09:17 Page7