16
zagen alleen korte zaagbladen.
Gebruik onder extreme
gebruiksomstandigheden indien
mogelijk altijd een afzuiginstallatie. Blaas de
ventilatieopeningen regelmatig schoon en sluit
het gereedschap aan via een aardlekschakelaar.
Tijdens het bewerken van metalen kan geleidend
stof in het elektrische gereedschap terechtkomen.
Daardoor kan de veiligheidsisolatie van het
elektrische gereedschap worden geschaad.
BIJKOMENDE VEILIGHEIDSINTRUCTIES
VOOR LASERS
Waarschuwing! De
laserstraal kan potentieel
ernstige schade aan de
ogen veroorzaken. Kijk of
staar nooit direct in de
laserstraal.
Richt de laserstraal tijdens gebruik nooit op
mensen, hetzij direct, hetzij indirect via
reflecterende oppervlakken.
Deze laser voldoet aan klasse 2 volgens EN 60825-
1/A11, 1996. onderhoudsdelen. Open de behuizing
in geen geval. Indien het laat u de beschadiging
repareren door een erkend hersteller.
Een kijkbril voor lasers is geen beschermbril tegen
laserstraling.
ELEKTRISCHE VEILIGHEID
Controleer of de op het
typeplaatje van de machine
vermelde spanning
overeenkomt met de ter
plaatse beschikbare
netspanning.
BESCHRIJVING
1 Aan/uit-schakelaar
2 Vergrendelknop
3 Instelwiel toerental
4 Beschermkap
5 Kantaanslag
6 Zaagbladhouder
7 Zaagschoen
8 Schakelaar pendelinstelling (3 standen)
9 Stofzuigeraansluiting
10 Aan/uit schakelaar voor laser
11 Schakelaar voor blaasrichting
VERVANGEN VAN HET ZAAGBLAD
Schakel de decoupeerzaag uit
en haal de stekker uit het
stopcontact vóór u het
zaagblad
vervangt of vóór u enig ander
werk aan het toestel uitvoert.
De opening in de zaagbladhouder moet
schoon en zaagselvrij zijn.
_
Breng de beschermkap.
_
Open de zaagbloudhouder door de
opsluitkraag te ontgrendelen.
_
Schuif het zaagblad tot aan de stop in de
zaagbladhouder. Zorg ervoor dat de
achterkant van het zaagblad zich in de
sleuf van de geleiderol bevindt.
_
Sluit de zaagbladhouder door de
opsluitkraag los te laten.
Scherpe zaagbladen zorgen
voor het beste resultaat.
Vervang versleten zaagbladen
bijtijds door nieuwe. Onthoud
dat voortdurend gebruik van
beschadigde zaagbladen de
nauwkeurigheid van de
machine vermindert en kan
leiden tot overbelasting van
de motor!
INSTELLEN VAN DE ELEKTRONISCHE
SNELHEIDSREGELING
_ Met de geribbelde knop bovenop de handgreep
kunt u gelijk welke snelheid instellen. Draai de knop
naar een hoger nummer toe voor een hogere
snelheid en zet hem op een lager nummer voor een
lagere snelheid. De ideale snelheid is afhankelijk
van het materiaal en de werkomstandigheden.
_ De algemene regels voor de snelheid van
gereedschappen voor zaagwerk zijn hier van
toepassing.
_ Draai aan het instelwiel om de zaagsnelheid aan
te passen.
ONDER VERSTEK ZAGEN
Voor versteksneded en diagonaalsneden kan de
zaagschoen, na het losdraaien van de twee
schroeven aan de onderkant, weerzijds tot 45°
gedra aid worden. De hoeken zijn door de
markeringsstreepjes, 15°, 30° en 45° aangeduid.
Een instelling tussen de gemarkeerde hoekgraden
is zomaar mogelijk.
Om van snijhoek te veranderen draait U de twee
schroeven (fig.5) z over los dat u de
zaagschoen juist nog kan verschuiven. Stel de
gewenste hoek dan in en draai de twee
schroeven weer vast.
Om tot aan de rand te zagen, kan de zaagschoen
naar achteren verschoven worden. Draai hiervoor
de twee schroeven aan de onderkant (fig.4) los en
schuif de zaagschoen naar acheteren. Draai de
twee schroeven weer vast.