18
Opmerking: De groene LED (12)
op de batterijlader zal oplichten
om aan te geven dat de lader
klaar is om de batterij op te laden.
WAARSCHUWING: Gebruik
ALLEEN deze lader om de
meegeleverde batterij of
bijkomend gekochte batterijen, die
specifiek voor dit gereedschap
ontworpen zijn, op te laden.
WAARSCHUWING: De lader is
alleen voor binnenhuisgebruik
ontworpen, en MAG NIET in
vochtige of natte condities
gebruikt worden.
De batterij laden
•
WAARSCHUWING: Niet-
naleving van de correcte
laadprocedure voor batterijen zal
permanente schade veroorzaken.
Opmerking: De normale laadtijd bedraagt 3 uur
voor een recent ontladen batterij. Indien de batterij
(8) echter een bepaalde tijd niet opgeladen wordt,
kan het 5 uur duren tot de batterij geladen is.
1.
Schuif een volledig of gedeeltelijk ontladen
batterij in de batterijlader (10).
Opmerking: Verzeker dat de batterij en de
batterijlader correct uitgelijnd zijn. Indien de
batterij niet gemakkelijk in de
slagschroevendraaier schuift, forceer dan niet.
Schuif in de plaats daarvan de batterij opnieuw uit
de slagschroevendraaier, controleer dat de top
van de batterij en de batterijgleuf van de
slagschroevendraaier zuiver en niet beschadigd
zijn, en dat de contacten niet gebogen zijn.
2.
Wanneer het laden begint, zullen de groene
en rode LED oplichten.
3.
Wanneer de batterij volledig geladen is,
zal alleen de groene LED oplichten.
Opmerkingen over het laden van
batterijen
•
De batterij moet opgeladen worden aan
omgevingstemperaturen tussen 10 en 40°C
(idealiter rond 20°C).
•
Na het laden, de batterij 15 minuten laten
afkoelen vooraleer gebruikt te worden.
•
Verzeker dat de lader na gebruik ontkoppeld
wordt van de elektrische spanning, en correct
opgeslagen wordt.
•
Laat GEEN batterijen langere tijd opladen en sla
NOOIT batterijen die opgeladen worden op.
•
De batterijlader controleert de
batterijtemperatuur en -spanning tijdens het laden.
Verwijder de batterij wanneer de batterij
opgeladen is om de belastingscycli van de batterij
te maximaliseren en geen energie te verspillen.
•
Batterijen kunnen in de loop van de tijd defect
worden, individuele cellen in de batterij kunnen
slecht of niet werken en de batterij kan kortsluiten.
De lader zal defecte batterijen niet opladen.
Gebruik een andere batterij, indien mogelijk, om
de correcte werking van de lader te controleren en
koop een nieuwe batterij wanneer uw batterij
defect is.
•
Bewaar ontladen lithium-Ion batterijpacks NIET
gedurende lange tijd. Dit kan de lithium-ion cellen
beschadigen. Voor langdurige opslag moeten
volledig opgeladen batterijen uit het elektrische
gereedschap bewaard worden.
•
De capaciteit van batterijen zal in de loop van de
tijd afnemen. Na 100 laadcyli zal de bedrijfsduur
van de batterij en het maximale koppel van de boor
lichtjes afnemen. Deze afname zal verder gaan tot
de batterij een minimale capaciteit heeft na 500
laadcycli. Dit is normaal en is geen defect aan het
batterijpack.
Een boorkop bevestigen
WAARSCHUWING: Bevestig
GEEN delen met een maximale
snelheid lager dan de snelheid van
de onbelaste machine.
1.
Trek de kraag (2) van de
inbusboorkophouder (1) voorwaarts, en steek
de boorkop in.
2.
Laat de kraag los.
3.
Trek de boorkop op om te verzekeren dat hij
correct bevestigd is. Is dit niet het geval,
moet de procedure hierboven herhaald
worden.
Opmerking: Verzeker dat de gebruikte
schroevendraaierkoppen verhard en geschikt zijn
voor gebruik met een slagschroevendraaier.