52
e) Gebruik van afstandsstukken
Bij gebruik van afstandsstukken voor de magneten dienen omwille
van de stabiliteit schroeven te worden gebruikt.
Er kunnen drie soorten afstandsstukken worden gebruikt, elk van
een verschillende grootte, om de montagehoogte te compenseren.
• Bij gebruik van het grote 14,5 mm hoge afstandsstuk (A) moet u dit eerst met twee schroeven
2,5 x 16 mm bevestigen en dan de magneeteenheid (B) met twee andere schroeven daarop
vastmaken.
• Indien een nog grotere montagehoogte nodig is, kunnen de vlakke afstandsstukken op een hoog
afstandsstuk worden gestapeld.
• De vlakke afstandsstukken worden samen met de magneet door 2 schroeven 2,2 x 16 mm (C)
vastgemaakt.
• Aansluitend bevestigd u het deksel (D) op de magneethouder (B).
f) Montage van externe magneetcontacten
• Een extern contact dient volgens diens gebruiksaanwijzing
aan het te controleren raam te worden aangebracht.
• De aansluitkabel van het magneetcontact moet van achteren
door de kabelopening (C) in de behuizing van de
„FHT80TF-2” geleid worden.
• Aan de achterkant van de behuizing is er een kabelgeleiding
(B) waardoor de kabel links of rechts onder de behuizing naar
buiten geleid kan worden.
• De kabels dienen in de schroefklem (A) te worden aangesloten.
Indien nodig, kan een trekontlasting met een kleine kabelbinder,
die vlakbij aan de binnenkant onmiddellijk voor de
behuizingsdoorgang op de kabelmantel wordt vastgemaakt,
worden gerealiseerd.
Indien meerdere externe sensoren aan de „FHT80TF-2“ wor-
den aangesloten, dienen deze in lijn te worden geschakeld.