31
Stap 3:
Montage van de zadelglijder (25) en van de zadel (24).
1.
Bevestigd u het zadel (24) met de zadelhouder op de zadelglijder (25) en
schroeft u deze in de gewenste positie vast.
2.
Legt de zadelgeleider (25) in de houder aan het zadelbuizen frame (30) en
bevestigd u deze in de gewenste horizontale positie met de Stergreepmoer
(29) en de ringen (28).
Stap 4:
Montage van de zadelsteunbuis (30) aan het frame (23).
1. Plaats de zadelbuis (30) in de bijbehorende buis van het onderstel
(23). Stel de gewenste positie in en borg deze door de bout met slnelslot
(32) te plaatsen en vast te draaien. (de snelsluiting (32) moet losgemaakt
worden door deze een beetje te draaien, en daarna kan getrokken
worden om de hoogtevastzetting vrij te geven en de hoogte van het
zadel te verstellen. Na de gewenste instelling de snelsluiting (32)
opnieuw vastdraaien en vastzetten). Bovendien moet erop worden gelet
dat de zadelbuis bij het instellen van de gewenste positie niet verder
uit het onderstel wordt getrokken dan de hoogste instelpositie, die
met een kleur is gemarkeerd.
Stap 5:
Montage van de stuur (14) en de computer (1) aan het stuurbuis (11).
1.
Voer het stuur (14) door de geopende stuurhouder (10) op de stuurframe
(11) en sluit u deze over het stuur(14).
2.
Steekt u de voorste stuurbekleding (7) over de stuurophanging en schroeft
u het stuur (14) in de gewenste positie op het stuurbuis (11) middels de
afstandstuk (8) en de sterformige schroef (9) vast.
3.
Neem de bijgeleverde computer (1) uit de verpakking en plaats de
Batterijen, (Type „AAA“ penlite - 1,5 V) let darbij op de goede polen, in
het batterijvak aan de achterzijde van de computer (1). (Batterijen voor de
computer ligt niet bij de levering. Raadpleeg ze voor de handel.) Steek de
stekker van de computerkabel (2), die aan de bovenzijde uit de stuurbuis
(11) steekt, in de bus aan de achterzijde van de computer (1).
4.
Legg de computer (1) op de computerhouder aan het steunbus (11) and
schroef met de schroef (84) vast, zonder de kabel daarbij de beschadigen.
5.
De stekker van de kabelleiding (16) die uit de stuureenheid (14) steekt
moet in de desbetreffende bus van de computer (1) gestoken worden.
6.
Steekt u de stuurbekleding (5) over de stuur (11) en schroeft u de
stuurbekleding (5+7) middels de schroeven (4+6) eveneens vast.
Nederlands
Содержание CPS 3.3
Страница 3: ...3 Deutsch ...
Страница 43: ...43 ...