78
| Nederlands
1 609 929 X41 | (28.10.10)
Bosch Power Tools
Spanningvoerende leidingen opsporen
Het meetgereedschap geeft leidingen aan die een spanning
tussen 110 V en 400 V voeren en waarvan de frequentie over-
eenkomt met de wijdverspreide standaard (wisselstroom met
50 resp. 60 Hz). Andere leidingen (gelijkstroom, hogere/lagere
frequentie of spanning) worden alleen als metalen voorwerpen
weergegeven.
Spanningvoerende leidingen worden aangegeven tijdens het
opsporen van metaal en tijdens het opsporen van hout. Als een
spanningvoerende leiding wordt gevonden, wordt in het dis-
play de indicatie
a
weergegeven. Beweeg het meetgereed-
schap meermaals over het oppervlak om de spanningvoerende
leiding nauwkeuriger te lokaliseren. Nadat meermaals over het-
zelfde gedeelte is bewogen, kan de spanningvoerende leiding
zeer nauwkeurig worden aangegeven. Als het meetgereed-
schap zeer dicht bij de leiding is (er worden vier of vijf balkjes
in de indicatie
a
weergegeven), knippert de verlichte ring
1
rood en klinkt het geluidssignaal met een snel opeenvolgende
reeks tonen.
Spanningvoerende leidingen kunnen gemakkelijker worden op-
gespoord als stroomverbruikers (zoals lampen en apparaten)
worden aangesloten op de op te sporen leiding en deze ver-
bruikers worden ingeschakeld. Leidingen met 110 V, 230 V en
400 V (draaistroom) worden met ongeveer evenveel resultaat
gevonden.
Onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld achter meta-
len oppervlakken of achter oppervlakken met een hoog water-
gehalte) kunnen spanningvoerende leidingen niet altijd wor-
den gevonden. U herkent deze gedeelten in de functie
metaaldetectie. Als er in een vrij groot gedeelte overal een
meetwaarde
f
wordt weergegeven, schermt het materiaal elek-
trisch af en kunnen spanningvoerende leidingen niet op een
betrouwbare wijze worden opgespoord.
Niet-spanningvoerende leidingen kunt u als metalen voorwer-
pen met de functie metaaldetectie vinden. Draadkabels wor-
den daarbij niet weergegeven (in tegenstelling tot kabels van
vol materiaal).
Tips voor de werkzaamheden
f
De meetresultaten kunnen afhankelijk van het principe
door bepaalde omgevingsomstandigheden nadelig worden
beïnvloed. Daartoe behoren bijvoorbeeld de nabijheid van
apparaten die sterke magnetische of elektromagnetische
velden opwekken, vocht, metaalhoudende bouwmateria-
len, met aluminium beklede isolatiematerialen en gelei-
dend behang of geleidende tegels.
Raadpleeg daarom voor
het boren, zagen of frezen in muren, plafonds of vloeren ook
andere informatiebronnen (bijvoorbeeld bouwtekeningen).
OBJ_BUCH-139-002.book Page 78 Thursday, October 28, 2010 9:38 AM