![Bontempi 15 3220 Скачать руководство пользователя страница 17](http://html1.mh-extra.com/html/bontempi/15-3220/15-3220_owners-manual_2787409017.webp)
15
ritme POP
b
.
Voor de selectie van het volgende of vorige ritme, druk op
de toets SELECT + / –
s
. Druk op de knop START/STOP
i
om het ritme te starten of te stoppen.
Om de snelheid van het ritme te veranderen, gebruik de
knoppen TEMPO + of TEMPO –
j
. Door te blijven
drukken op de knop, is de verandering continu. Om de
standaardsnelheid van het ritme te herstellen, druk
tegelijk op de knoppen TEMPO .
REGISTREER- EN BELUISTERFUNCTIE
Deze functie laat toe de uitvoering van een liedje op het
klavier, op te nemen en te beluisteren. Om op te nemen de
RECORD-toets indrukken
q
vooraleer met de uitvoering
van het liedje te beginnen. Om het opgenomen liedje te
beluisteren, de PLAY-toets
q
indrukken.
De METRONOOM
De helpt bij het aanleren van muziek door het tempo aan te
geven tijdens de uitvoering van de muziekoefeningen en
simuleert het klassieke instrument dat het tempo aangeeft.
Deze wordt geactiveerd of uitgeschakeld door op de knop
METRONOME
n
te drukken.
OKON - Leerfunctie
Met de functie One Key One Note kunt u de melodie van
een van de vooraf geregistreerde liedjes spelen.
Druk op de knop OKON
g
, (de begeleiding van het eerste
lied wordt uitgevoerd); om de melodie uit te voeren, drukt
u vervolgens op een willekeurige toets van het toetsen-
bord. Gebruik de toetsen SELECT + / –
s
om het vol-
gende of het vorige lied te selecteren.
Letters en nummers om makkelijk te spelen
De nummers van 1 tot 15
å
wijzen op de toetsen die
bespeeld moeten worden om de melodie uit te voeren,
m.b.v. de muziekpartituren op het einde van deze handlei-
ding. De letters links
å
wijzen op de naam van de noten
voor het vormen van een akkoord (zie tabel akkoorden op
het einde van deze handleiding).
DE TOETSENREEKS
De toetsenreeks bestaat uit witte en zwarte toetsen.
De zwarte toetsen volgen elkaar in groepen van twee en
drie op, hetgeen als oriëntatie hulpje kan dienen bij het
vinden van de positie van de belangrijkste noten.
1. De witte toets die direkt links van de groep van twee
zwarte toetsen ligt, is de C (DO).
2. De witte toets die direkt links van de groep van drie
zwarte toetsen ligt, is de F (FA).
3. De noten op het toetsenbord kunnen in groepen inge-
deeld worden, zoals verderop uitgelegd wordt.
HET NOTENSCHRIFT
De noten worden op vijf evenwijdige, horizontale lijnen, of
respektievelijk daartussen geschreven.
SYMBOLEN VOOR DE NOOT LENGTE
Met verwijzing naar de tik-tak van een metronoom, wordt elke noot en elke pauze uitgevoerd gedurende een minder of
langere tijd, zoals in de tabel aangegeven.
HELE NOOT
HALVE NOOT
KWART NOOT
ACHTSTE NOOT
NOOT MET PUNT
VERBINDINGSBOOGJE
Een-en-twee-en-drie-en-vier-en
Een-en-twee-en-drie-en
Een-en-twee-en-drie-en
Een-en-twee-en
Een-en
Een
NOTENBALKSTRIP
Breng de meegeleverde notenbalkstrip
t
op het toet-
senbord en op de notenbalk aan om de noten te herken-
nen. De naam van de noten is aangegeven in de interna-
tionale aanduiding van muzieknoten.
NOTEN VOORAFGEGAAN DOOR EEN TEKEN
Vaak vindt men naast de
vioolsleutel of vóór een
afzonderlijke noot het
teken of .
Als er één of meer van
dergelijke tekens achter
de vioolsleutel staan,
betekent dat, dat alle noten van het stuk die zich op
dezelfde hoogte (als het teken) óp of tussen de lijnen
bevinden, op de betreffende zwarte toetsen gespeeld
moeten worden. Hetzelfde geldt wanneer een of
teken voor een afzonderlijke noot staat. Het ophefteken
( )dat men mogelijkerwijs op de notenlijn tegenkomt,
betekent dat de halve toon weer opgeheven wordt.
HOE HET STUK IN DE VEREENVOUDIGDE
MODUS
UIT TE VOEREN
DE MELODIE: In de volgende muziekstukken komt elke
noot overeen met een nummer; door het toetsenbord waar
te nemen, merkt men dat boven elke toets een nummer te
zien is. Om de melodie uit te voeren, lees de opeenvolging
van nummers boven de noten en druk, een na een, op de
witte of zwarte toetsen die overeenkomen met dezelfde
nummers aangegeven boven het toetsenbord.
De samenhang tussen
de noten, getallen en
hun respektievelijke
plaats op het
toetsenbord wordt in
het diagram hiernaast
verduidelijkt.
DE AKKOORDEN: In de muziekstukken zijn verder de
akkoorden voor de begeleiding aangegeven. De letters links
boven de witte en zwarte toetsen wijzen op de naam van de
noten voor het vormen van een akkoord (zie tabel akkoorden
op het einde van deze handleiding).
C
C
D
E
A
B
A
B
F
G
D
E
F
G
C
C
D
D
E
F
G
G
A
A
B
F
G
F
G
G
A
A
B
C
D
D
E
A
B
F
G
F
G
G
A
A
B