28
29
Les 3
Les 6
Les 4
Les 7
Les 5
Les 8
Hand-knielanding
1. Begin vanuit een staande posi-
tie en houd uw ogen gericht op
het randkussen.
2. Land op uw handen en knieën
op de mat.
3. Druk uzelf met uw handen om-
hoog en keer terug in staande
positie.
Buiklanding
1. Begin vanuit een lage sprong
en land in liggende positie op
de mat.
2. Houd uw armen onder uw
borst.
3. Druk uzelf omhoog en keer
terug in staande positie.
Ruglanding
1. Begin vanuit een lage sprong
en land op uw rug.
2. Houd uw kin op uw borst als
u landt.
3. Schop uw benen vooruit en
omhoog en keer terug in
staande positie.
Halve schroef
1. Begin vanuit de buiklanding en
duw uzelf met uw armen naar
links of naar rechts, terwijl u
uw lichaam in tegengestelde
richting draait.
2. Draai uw hoofd en uw schou-
ders in de richting waarin u uw
lichaam draait.
3. Houd uw rug parallel aan de
mat en uw nek recht.
4. Nadat u een halve draai hebt
gemaakt, landt u met een
buiklanding.
Hand-knielanding
1. Begin vanuit een staande posi-
tie en houd uw ogen gericht op
het randkussen.
2. Land op uw handen en knieën
op de mat.
3. Druk uzelf met uw handen om-
hoog en keer terug in staande
positie.
Heupdraai
1. Begin met een zitlanding.
2. Draai uw hoofd naar links
of naar rechts en zwaai uw
armen in dezelfde richting.
3. Draai uw heupen in dezelfde
richting als uw hoofd en uw
armen, zodat u een volledige
draai maakt.
4. Land in de zitlanding.
5. Houd uw rug parallel aan de
mat en uw nek recht.
6. Nadat u een halve draai hebt
gemaakt, landt u met een
buiklanding.
NL
NL