25
GEBRUIKSHANDLEIDING
NL
Probleemoplossingen
Onderbreek altijd de luchttoevoer voordat u de handelingen ter controle van het probleem verricht, het gereedschap schoonmaakt
of het magazijn leegt. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt dat het pneumatische gereedschap per ongeluk kan worden
ingeschakeld.
PROBLEEM
MOGELIJKE OORZAAK
OPLOSSINGEN
Het bevestigingselement blijft
steken
Bevestigingselement verkeerd
geladen.
Controleer als volgt of het goed geladen is:
1) Open het magazijn (afbeelding 3).
2) Ontgrendel de veiligheidshendel van het klepje dat
zich aan de zijkant bevindt (afbeelding 4).
3) Open het klepje aan de voorkant om de
vastgelopen niet of cilinderkopspijker te
verwijderen (afbeelding 4).
4) Sluit het klepje weer. Zorg ervoor dat de hendel het
klepje veilig vergrendelt.
5) Laad de nieten of cilinderkopspijkers en controleer
of ze vrij kunnen schuiven.
6) Druk tegen het magazijn tot het volledig dichtzit.
Schakel de luchttoevoer weer in en ga verder met
de werkzaamheden.
Het bevestigingselement heeft
niet de juiste afmetingen.
Controleer of het bevestigingselement wel de juiste
afmetingen heeft door deze te vergelijken met de
afmetingen in de tabel TECHNISCHE GEGEVENS.
Er blijven lijmfragmenten of
houtstof in het magazijn of in de
geleider achter.
Verwijder de lijmfragmenten of houtstof
Er komen geen bevestigingsele-
menten uit het pistool
Lage druk in het toevoersy-
steem
− Controleer het persluchtsysteem
− Verzeker u ervan dat het systeem de juiste
uitlaatdruk heeft
Het bevestigingselement zit niet
volledig in het werkstuk
Lage druk in het toevoersy-
steem
− Controleer het persluchtsysteem
− Verzeker u ervan dat het systeem de juiste
uitlaatdruk heeft
Andere soorten, niet beschreven
storingen
− Neem contact op met het reparatiecentrum
Maak het pneumatische gereedschap regelmatig op basis van het gebruik schoon. Als er storingen worden gevonden die niet met
behulp van de instructies kunnen worden verholpen, stuurt u het pneumatische gereedschap naar het reparatiecentrum.
Starten
Om het nietpistool in werking te stellen moet achtereenvolgens eerst de veiligheidsvoeler worden ingeschakeld en daarna de
trekker worden overgehaald (afbeelding 2). Op het moment dat de veiligheidsvoeler wordt losgelaten, wordt het nietpistool
uitgeschakeld en zelfs wanneer de trekker wordt overgehaald, doet het pistool het niet.
Begin als volgt met het pneumatische nietpistool te werken:
• Laat het pneumatische nietpistool stevig in de buurt van het werkgebied steunen.
• Terwijl u een lichte druk uitoefent op het nietpistool, drukt u de veiligheidsvoeler in.
• Terwijl u de voeler ingedrukt houdt, haalt u de trekker over. Het nietpistool levert slechts een "slag" tegelijk.
• Het is mogelijk om de insteekdiepte van de bevestigingselementen in te stellen met behulp van het stelwieltje dat zich onder de
trekker bevindt (afbeelding 2).
• Het nietpistool is voorzien van een draaibare luchtuitlaat, die zich aan de bovenkant van het pistool bevindt. Richt de luchtstroom
van de gebruiker af (afbeelding 4).
