HERPROGRAMMERING VAN DE
AANSTURING/MODUSVERANDERING
Voor de aansturing zijn 5 verschillende modi
met verschillende functies beschikbaar.
Modus
Functie
Modus 1
Geen daglichtregulering:
lichtsensor uitgeschakeld.
Modus 2
Geen bewegingsherkenning:
bewegingssensor uitgeschakeld.
Modus 3
Geen daglichtregulering en geen
bewegingsherkenning: lichtsensor
en bewegingssensor uitgeschakeld.
Modus 4
Stand-by.
Modus 5
Automatische regelstand
(fabrieksinstelling): lichtsensor en
bewegingssensor geactiveerd.
Stel de modus als volgt in:
1. Haal de stekker van de lamp uit het
stopcontact.
2. Druk de knop in en houd deze gedrukt.
3. Steek de stekker van de lamp weer in het
stopcontact (knop ingedrukt blijven houden).
De lamp knippert
1x = modus 1
2x = modus 2
3x = modus 3
4x = modus 4
5x = modus 5
Laat de knop los zodra de gewenste modus is
bereikt. Het aantal keren dat de lamp knippert
geeft aan welke modus is bereikt. Na ongeveer
10 seconden wordt de modus automatisch
ingeschakeld.
OPLOSSEN VAN STORINGEN
Mogelijke oorzaak
> Oplossing
1. De lamp geeft geen licht
De melddiode brandt niet:
de lamp krijgt geen stroom.
> Controleer of de stekker in het
stopcontact zit.
> Controleer de zekering in de zekeringkast.
De melddiode brandt wel:
de lamp is met de knop uitgeschakeld.
> Druk kort op de knop om de lamp
aan te zetten.
De lamp krijgt te veel licht uit de omgeving
en heeft zichzelf uitgeschakeld.
> Zie «programmeren lichtsterkte».
> Dek de lichtsensor minimaal 2 minuten af.
De lamp herkent geen beweging.
> Plaats de lamp zodanig dat de sensor
bewegingen kan registreren
(oppervlak: 4 x 4 m).
De lichtbron is defect.
> Verwissel de lichtbron.
2. De lamp houdt de ingestelde
waarde niet aan
De gewenste waarde is niet opgeslagen.
> Zie «programmeren lichtsterkte».
Mochten er andere storingen optreden, neemt
u dan contact op met uw BELUX-verkoper.
Содержание Multisens II
Страница 12: ...5992 3800 BELUX AG www belux com...