40 - FL
• De slang mag niet meer dan 15 cm in de
afvoer worden geduwd. Indien deze te
lang is, kunt u die verkorten.
• De maximumlengte van de
gecombineerde slangen mag niet langer
zijn dan 3,2 m.
Elektrische verbinding
Sluit de machine aan op een geaard stopcontact
beschermd door een zekering van voldoende
capaciteit.
Belangrijk:
• De aansluiting moet voldoen aan de
nationale reglementering.
• De spanning en de toegestane
zekeringsbescherming zijn gespecificeerd
in het deel “Technische specificaties”.
• De aangegeven spanning moet gelijk zijn
aan uw netspanning.
• Er mogen geen aansluitingen worden
gemaakt via verlengdraden of
multistekkers.
B
Een beschadigd netsnoer moet worden
vervangen door een erkende elektricien.
B
Het apparaat mag niet worden gebruikt
tenzij het gerepareerd is. U kunt een
elektrische schok krijgen!
3 Initiële voorbereidingen
voor het wassen
De kleding op het wassen
voorbereiden
Wasgoed met metalen stukken zoals beha’s,
gespen en metalen knopen zullen de machine
beschadigen. Verwijder deze metalen stukken of
plaats de items in een kledingzak, kussensloop of
iets gelijkaardigs.
• Sorteer het wasgoed volgens het type
weefsel, kleur, mate van bevuiling en
toegestane watertemperatuur. Volg altijd
het advies op de labels van de kleding.
• Plaats kleine stukken zoals kindersokken
en nylonkousen enz. in een waszak,
kussensloop of iets dergelijks. Dit zorgt
ervoor dat u niets kwijtgeraakt.
• Was machinewasbare of handwasbare
producten enkel met het juiste
programma.
• Was geen kleuren en witgoed samen.
Nieuwe, donker gekleurde katoenen
stukken geven heel wat kleur af. Was ze
afzonderlijk.
• Gebruik enkel verfstoffen en
antikalkproducten die geschikt zijn voor de
wasautomaat. Volg altijd de instructies op
de verpakking.
• Was broeken en fijne kleding binnenste
buiten.
Correcte laadcapaciteit
C
Volg de informatie in de
Programmaselectietabel. De wasresultaten
zullen verminderen wanneer de machine
te zwaar geladen is.
Vuldeur
De deuren vergrendelen tijdens de werking en het
symbool Vergrendelde deur (fig. 3-13i) brandt.
De deur kan enkel worden geopend wanneer het
symbool verdwijnt.
Wasmiddelen en wasverzachters
Wasmiddellade
De wasmiddellade bestaat uit drie vakken.
De wasmiddellade bestaat in twee types
afhankelijk van uw wasmachinemodel.
- (I) voor voorwas
- (II) voor hoofdwas
- (III) sifon
– ( ) voor wasverzachter
Wasmiddel, wasverzachter en andere
reinigingsmiddelen
Voeg wasmiddel en verzachter toe voor het
opstarten van het programma.
Open nooit de wasmiddellade terwijl het
wasprogramma bezig is.
Bij gebruik van een programma zonder voorwas,
mag geen wasmiddel in het voorwasvak worden
geplaatst. (Vak I).
Hoeveelheid wasmiddel
De te gebruiken hoeveelheid wasmiddel hangt
af van de hoeveelheid wasgoed, de mate van
bevuiling en de waterhardheid.
• Gebruik niet meer dan de hoeveelheid
aanbevolen op de verpakking
om problemen te vermijden van
buitensporig schuim, slecht spoelen,
financiële besparingen en tenslotte
milieubescherming.
• Overschrijd nooit de niveaumarkering
(> max <) anders wordt de verzachter
verspild zonder dat deze wordt gebruikt.
• Gebruik geen vloeibaar wasmiddel indien
u de functie startuitstel wilt gebruiken.