Magnetronoven / Gebruikershandleiding
131 / 330 NL
1
Belangrijke veiligheids- en milieu-
instructies
•
Verwijder de metalen draad en/of
metalen handvaten van magne-
tronzakken van papier of plastic
voordat u ze in de oven plaatst.
•
Schakel het apparaat uit of trek
de stekker uit het stopcontact en
hou de deur gesloten om te brand
te voorkomen in het geval u rook
waarneemt.
•
Gebruik de oven niet als opslag-
plaats. Laat geen papieren voor-
werpen, kookmateriaal of voedsel
in de oven als deze niet wordt ge-
bruikt.
•
Om verbranding te voorkomen
moet de inhoud van zuigflessen
en potjes babyvoeding voor con-
sumptie worden geroerd of ge-
schud en de temperatuur moet
worden gecontroleerd.
•
Dit apparaat valt onder ISM-appa-
ratuur van groep 2 klasse B. Groep
2 bevat alle ISM (industriële, we-
tenschappelijke en medische)
apparatuur waarin opzettelijk ra-
diofrequentie wordt gegenereerd
en/of gebruikt in de vorm van
elektromagnetische straling voor
de behandeling van materiaal en
apparatuur voor vonkerosie.
•
Apparatuur van klasse B is ge-
schikt voor huishoudelijke om-
gevingen en omgevingen waar
rechtstreeks wordt aangesloten
op een stroomnet met lage span-
ning.
•
De deur of buitenkant van het ap-
paraat kan bij gebruik heet wor-
den.
1.1.2 Productveiligheid
•
Vloeistoffen of ander voedsel
mogen niet afgesloten worden
verwarmd, omdat dit tot ontplof-
fingsgevaar kan leiden.
•
Het verwarmen van dranken in de
magnetron kan koken tot gevolg
hebben waarbij het spettert als
ze uit de oven worden genomen.
Wees voorzichtig als u de bakken
vastpakt.
•
Rooster niets in de oven. Hete olie
kan de onderdelen en materialen
van de oven beschadigen en kan
zelfs brandwonden aan de huid
veroorzaken.
•
Prik voedsel met een dikke schil,
zoals aardappelen, courgettes,
appels en kastanjes in.
•
Het apparaat moet geplaatst
worden met de achterkant naar
de wand.