- 81 -
5.2 Installatie en aansluiting
•
Pak het toestel uit en verwijder al het verpakkingsmateriaal.
•
Zet het toestel op een vlakke, veilige plaats die het gewicht van het toestel kan
dragen en niet warmtegevoelig is.
•
Je kan het toestel ook ophangen. Trek hiervoor de ophangogen uit en maak de
meegeleverde ketting aan deze ogen vast.
•
Zorg voor een veilige bevestiging van het toestel (nagel, schroef enz.). Deze
bevestiging moet eveneens het gewicht van het toestel kunnen dragen.
•
Plaats het toestel zo ver mogelijk van zones waar gewoonlijk personen vertoeven.
•
Plaats geen ontvlambare vloeistoffen, gassen of andere gemakkelijk brandbare
voorwerpen in de buurt van het toestel.
•
Stel het toestel op in de buurt van de plaats waar insekten de kamer binnenvliegen,
maar buiten het bereik van tocht of wind (vensters, deuren).
•
Breng het toestel indien mogelijk aan op een hoogte van ong. 1,5 - 2 meter op een
halfbeschaduwde plek van de kamer.
•
Hou gelijk welk geleidend materiaal ver van het toestel verwijderd. Er mogen nooit
(vooral tijdens de werking van het toestel) metalen voorwerpen in het toestel of op
de metalen rooster gelegd worden.
•
Plaats het toestel nooit op een brandbaar vlak.
•
Stel het toestel niet op in de buurt van open vuren, elektrische ovens, kachels of
andere warmtebronnen.
•
Het elektrisch circuit van de stopcontacten moet met minstens 16A afgezekerd
worden. Sluit het toestel enkel rechtstreeks op een wandstopcontact aan; verdelers
of meervoudige stopcontacten mogen niet gebruikt worden.
•
Stel het toestel zo op dat de stekker toegankelijk is zodat het toestel indien nodig
vlug van de netstroom gescheiden kan worden.