AXIOMET AX-3005PQ, Руководство пользователя

Страница: 23 / 90

Gebruik van de stroomvoorziening in de modus Constante spanning
Als u de stroomvoorziening wilt gebruiken in de modus Constante spanning, stelt u de gewenste
uitgangsspanning in tussen 0V en 30V. U stelt tevens de gewenste stroomgrens in.
Als de uitgangsstroom de stroomgrens overschrijdt, schakelt de stroomvoorziening automatisch naar de
modus Constante stroom.
Gebruik van de stroomvoorziening in de modus Constante stroom
Als u de stroomvoorziening wilt gebruiken in de modus Constante stroom: u stelt de gewenste
uitgangsstroom in tussen 0A en 5A. U stelt tevens de gewenste spanningsgrens in.
Spanning en stroom instellen
U kunt 3 verschillende spannings-/stroominstellingen opslaan met gebruik van de geheugentoetsen M1-
M3.
1.
Druk op de toets Voltage/Current [5] om de spanning in te stellen. De uitlezing voor spanning
knippert.
o
Voor gebruik in de modus Constante spanning: dit is de gewenste constante spanning.
2. Draai aan de afstelknop [11] totdat u ongeveer de gewenste spanning bereikt. Druk op [11]
om een cijfer in de spanningsuitlezing te selecteren [9] en draai aan de afstelknop voor een
fijne afstelling.
3.
Druk nogmaals op de toets
Voltage/Current [5]
om de stroom nogmaals in te stellen. De
uitlezing voor stroom knippert.
o
Voor gebruik in de modus Constante spanning: dit is de gewenste stroomgrens.
o
Voor gebruik in de modus Constante stroom: dit is de gewenste constante stroom.
o
Als u de overstroombeveiliging inschakelt, schakelt de uitgang automatisch uit indien
de stroom deze waarde overschrijdt.
4.
Draai aan de afstelknop
[11]
totdat u ongeveer de gewenste stroom bereikt. Druk op
[11]
om
een cijfer in de stroomuitlezing te selecteren [10] en draai aan de afstelknop voor een fijne
afstelling.
5.
Druk nogmaals op de geheugentoets [3] (of wacht tot het display
begint te
knipperen).
Druk vervolgens op de knop M1-M3
De
instellingen worden opgeslagen in het geselecteerde geheugen.( het
display
stopt met
knipperen)
Instellingen opvragen
Om een van de opgeslagen instelling op te vragen, druk op de bijbehorende geheugentoets M1~M3
[4]
.
De bijbehorende spannings-/stroominstelling verschijnt op het display.
Let op
: de uitgang wordt automatisch uitgeschakeld als u op een geheugentoets drukt om een instelling
op te vragen.
Gebruik Geheugen 3
Ga als volgt te werk om Geheugen 3 te gebruiken:
1.
Stel de spanning en stroom naar wens in Druk op de geheugentoets
[3],
Wacht totdat het
display begint te knipperen. Druk vervolgens op toets
[4]
. De instellingen worden
automatisch opgeslagen in het geheugen, en totdat het display stopt met knipperen.
2.
Druk op toets 4 om de instellingen op te vragen.
Een belasting aansluiten
1.
Sluit de positieve terminal van de belasting aan op de rode +terminal
[14]
van de
stroomvoorziening.
2.
Sluit de negatieve terminal van de belasting aan op de zwarte -terminal
[12]
van de
stroomvoorziening.
3.
U kunt de + of -terminal aansluiten op de groene aardingsterminal
[13]
van de stroomvoorziening
om de spanning voor die terminal op 0V (aardpotentiaal) vast te zetten.
Als u de aardingsterminal niet aansluit, is de uitgang zwevend ten opzicht van de aarde.
De belasting onder spanning zetten
1. Druk op de toets Off/On [1] om de belasting onder spanning te zetten.
De aanduidingen OUT [2] en C.V. [8] branden. De stroomvoorziening werkt in de modus
Constante spanning (CV); het display toont nu de werkelijke uitgangsspanning en -stroom.
Als de stroom de ingestelde stroomgrens overschrijdt, schakelt de stroomvoorziening automatisch naar
de modus Constante stroom (CC). De aanduiding C.V. gaat uit en de aanduiding C.C. [7] brandt.
2. Druk op de toets Off/On [1] om de uitgangsspanning uit te schakelen.