Montage
42 |
NL
Montage
Stap 1: Montagelocatie voor de melder kiezen
Kies een montagelocatie die:
binnen de draadloze reikwijdte van de alarmcentrale en/of de draadloze ontvanger ligt
(max. 500 m in open veld)
Opmer-
king
Vóór de installatie moet met de testbox de draadloze signaalsterkte van de melder op
de installatieplaats van de sirene en de centrale worden getest.
De draadloze reikwijdte kan worden verkleind als de sensor op of in de buurt van een
metalen oppervlak wordt gemonteerd.
Opmer-
king
De melder mag niet op de volgende plaatsen worden gemonteerd:
op een afstand van minder dan 1m vanaf de huiselektronica of stroomverdelers
in metalen behuizingen
in de nabijheid van hoogspanningsapparatuur of elektronische apparaten zoals
computers, kopieerapparaten of andere draadloze toestellen
Geadviseerd wordt om de sensor hoog, bij voorkeur aan het vaste deel van het deur-/raamkozijn
te monteren. Hierdoor kan een gelijkblijvend zendvermogen tijdens de werking worden gewaar-
borgd.
De meegeleverde afstandshouders kunnen achter de magneet of de sensor worden gemonteerd.
De melder niet aan de scharnierzijde monteren.
Sensor en magneet kunnen ook aan de andere zijde worden gepositioneerd, zolang:
De pijlen op de achterplaten van sensor en magneet naar elkaar toewijzen
De maximale afstand tussen de frontplaten niet groter is dan 10 mm bij montage op meta-
len oppervlakken of niet groter is dan 15 mm bij montage op niet-metalen oppervlakken.
Opmerking
De magneet kan rechts of links van de sensor worden gemonteerd.
Stap 2: Deksel van sensor en magneet openen
Draai de schroef aan de onderzijde van de sensor los en open het deksel.
Gebruik een passende sleufschroevendraaier en open de magneetafdekking