46
03/2015
NL
7. Niet-verwerkbare materialen
Materialen die sterk schurende bestanddelen bevatten, façadeverf, logen en zuurhoudende
coatingmaterialen.
8. Voorbereiden van het materiaal
i
Neem beslist de speciale verwerkingsaanwijzingen van de
materiaalfabrikant in acht.
Met de meegeleverde spuitopzet kunnen lakken onverdund of enigszins verdund
worden verspoten. Gedetailleerde informatie vindt u in het meegeleverde datablad van
de materiaalfabrikant.
1.
Roer het materiaal door en vul de benodigde hoeveelheid in het verfreservoir.
Verdunningsadvies
Te verspuiten materiaal
Spuitfolie, oplosmiddelhoudende of waterverdunbare lak,
grondverf, autolak, hoogviskeuze beits
0 - 10 % verdunnen
2.
Wanneer onvoldoende verf wordt aangevoerd kan stap voor stap 5 - 10 % verdunning
worden toegevoegd tot de verfaanvoer voldoet aan de wensen.
9. Inbedrijfstelling
Controleer voor aansluiting op het lichtnet dat de netspanning overeenkomt met de
gegevens op het typeplaatje.
•
Schroef het reservoir los van het spuitpistool.
•
Positioneer de stijgbuis. (Afb. 2)
Bij een juiste stand van de stijgbuis kan de inhoud van het reservoir nagenoeg zonder
achterblijvende restanten worden verspoten.
Bij spuitwerkzaamheden op liggende voorwerpen: stijgbuis naar voren draaien.
(Afb. 2 A)
Bij spuitwerkzaamheden boven het hoofd: stijgbuis naar achteren draaien. (Afb. 2 B)
•
Plaats het reservoir op een stuk papier en vul deze met het voorbereide materiaal.
Draai het reservoir stevig aan het spuitpistool vast.
•
Luchtslang goed in de aansluiting van het apparaat en het pistool steken (Afb. 3, a +
b). De stand van de slang kan daarbij willekeurig worden gekozen.
•
Spuittoestel op minimaal 5 meter buiten de ruimte waarin gespoten wordt opstellen.
•
Plaats het apparaat uitsluitend op een schone, vlakke ondergrond zodat het geen stof
kan aanzuigen.
•
Bedien de AAN/UIT-schakelaar op het apparaat.
•
Een spuitproef op karton of iets dergelijks is aan te bevelen om de
materiaalhoeveelheid en het spuitresultaat te bepalen.