122
4. Open het batterijvak en plaats/vervang zes batterijen van 1,5 V type C en let daarbij op de juiste
polariteit.
5. Sluit en vergrendel het batterijvak door de beide binnenste schroeven vanuit de stand “OPEN” in
de stand “CLOSE” te draaien.
6. Sluit en vergrendel het opbergvak door de twee schroeven op de bovenkant van het instrument
vanuit de stand “OPEN” in de stand “CLOSE” te draaien.
Als de DMM via batterijen wordt gevoed, werkt de aan/uit-schakelaar (22) niet. Om de DMM
helemaal uit te schakelen, moet de DC/AC-keuzeschakelaar (21) in de stand “AC” worden
geschoven en de aan/uit-schakelaar in de stand “O” worden gezet.
Netspanningsvoeding
1. Schuif de DC/AC-keuzeschakelaar (21) in de stand “AC”.
2. Steek het netsnoer (standaard C13) in de netentree (standaard C14) (23) op de achterkant van
de multimeter.
3. Steek de stekker van het netsnoer in een wandcontactdoos van het lichtnet.
10. MEETSNOEREN
Een set meetsnoeren en een stel krokodillenbekken zijn bijgevoegd. Kies afhankelijk van de behoefte
de betreffende meetsnoeren. Steek het ronde uiteinde van de meetsnoeren in de overeenkomstige
meetbussen.
Raak bij het gebruik van meetpennen de meetpunten hiermee aan, of bevestig als alternatief de
krokodillenbekken/clips aan de meetpunten.