63
f) Meting uitvoeren
• Spoel de meetsonde voor de meting met gedistilleerd water af en veeg deze droog.
• Dompel de punt van de meetsonde ca. 2 - 3 cm in de te meten vloeistof onder.
Reik nooit met de hand of een ander lichaamsdeel in de vloeistof. Afhankelijk van
de vloeistof kan dit tot verwondingen leiden.
• Beweeg de punt van de meetsonde een klein beetje heen en weer tot de aanduiding van de
meetwaarde zich gestabiliseerd heeft. De automatische temperatuurcompensatie (“ATC”)
zorgt ook bij verschillende vloeistoftemperaturen steeds voor nauwkeurige meetwaarden.
• Opdat de gemeten waarde op het scherm bij het uittrekken uit de vloeistof blijft staan, drukt
u kort op de toets “H/M” (4), wat de Datahold-functie activeert.. Als u opnieuw op de knop
“H/M” drukt, wordt de Datahold-functie opnieuw gedeactiveerd.
• De combimeter beschikt ook over een meetmodus voor de maximum- en minimumwaarde.
Houd de toets “H/M” (4) langer ingedrukt, tot “MAX” (D) en “MIN” (F) tegelijk op het scherm
knipperen.
voer nu de meting uit, zoals hierboven beschreven. De combimeter slaat intern de maxi-
mum- en minimumwaarde op.
Om de opgeslagen maximumwaarde weer te geven, drukt u kort op de toets “H/M” (4). De
aanduiding “MAX” (D) knippert.
Om de opgeslagen minimumwaarde weer te geven, drukt u kort op de toets “H/M” (4). De
aanduiding “MIN” (F) knippert.
Wanneer u nogmaals kort op de toets “H/M” (4) drukt, knipperen de aanduidingen “MAX” (D)
en “MIN” (F) tegelijk en kunt u de meting verderzetten.
Als de meetmodus voor de maximum-/minimumwaarde beëindigd wordt, houdt u de toets
“H/M” (4) langer ingedrukt tot de aanduidingen “MAX” en “MIN” van het scherm verdwijnen.
Terwijl de combimeter zich in de meetmodus voor de maximum-/minimumwaarde
bevindt, kan hij niet via de toets “ /CAL” (5) worden uitgeschakeld.
• Het scherm geeft aan de onderste en bovenste rand streepjes weer (“ _ _ _ _”), wanneer de
gemeten waarde het toegelaten meetbereik over- of onderschrijdt.
• Spoel de meetsonde na elke meting met gedistilleerd water af en veeg deze droog. Zo
voorkomt u dat het bij de volgende meting tot een verkeerde meetwaarde komt omdat zich
nog vloeistofresten van de vorige meting aan de meetsonde bevinden.