67
• Houd dan de toets “ /CAL” (5) ingedrukt (ca. 3 seconden) tot onderaan op het scherm
“CAL” (C) verschijnt en op het scherm de aanduiding “1413 µS/cm” knippert.
De kalibrering start nu.
Door kort op de toets “ /CAL” (5) te drukken kunt u de kalibrering voortijdig stoppen.
• Wanneer de kalibrering voltooid is, geeft het scherm “SA” (= “Save” = opslaan) en vervol-
gens “End” (= einde) weer. Daarna verschijnt de gemeten geleidbaarheidswaarde op het
scherm.
De aanduiding “SA” verschijnt niet wanneer de kalibrering mislukt. Trek in dit
geval de meetsonde uit de kalibreeroplossing en spoel de punt van de meetsonde
zorgvuldig met gedestilleerd water af. veeg de meetsonde droog.
voer dan een nieuwe kalibrering uit en controleer of de punt van de meetsonde ook
werkelijk volledig in de kalibreeroplossing is ondergedompeld..
voor een meting in vloeistoffen met een zeer hoge geleidbaarheid moet een
kalibreeroplossing met 12,88 mS/cm worden gebruikt (niet inbegrepen)
Kalibreeroplossingen met een andere geleidbaarheidswaarde dan 1413 µS/cm of
12,88 mS/cm kunnen niet worden gebruikt voor het kalibreren van de combimeter.
• Wanneer de punt van de meetsonde niet in een vloeistof is ondergedompeld en er in de
aanduiding geen meetwaarde van 0 µS/cm verschijnt, start u het kalibreren. Houd dan,
zoals hierboven beschreven, de toets “ /CAL” (5) ingedrukt (ca. 3 seconden) tot onderaan
op het scherm “CAL” (C) verschijnt en op het scherm de aanduiding “0 µS/cm” knippert.
Wanneer de kalibrering voltooid is, geeft het scherm “SA” (= “Save” = opslaan) en vervol-
gens “End” (= einde) weer. Daarna verschijnt de gemeten geleidbaarheidswaarde op het
scherm. (die moet nu 0 µS/cm zijn).