viscount Vivace
BEDIENINGSKNOPPEN RECHTS ONDER HET KLAVIER
4
5
6
4. Pitch (algemeen):
zorgt voor de regeling van het geluid van het hele instrument. Bij aflevering is het orgel door de
fabrikant gestemd op LA=440HZ (pitch knop in centrale positie)
5. Pedaal:
regelt de stemming van de pedaalsectie
6. Man. II:
regelt de stemming van het tweede manuaal
Deze bediening kan worden gebruikt om een meer of minder uitgesproken totaal effect te verkrijgen, afhankelijk van
het niveau van de trilling die wordt voortgebracht als het geluid van de verschillende secties licht gevarieerd is.
7. MIDI
39
ALGEMENE INTRODUKTIE
MIDI is een afkorting van Digital Interface.
Deze interface maakt het mogelijk dat elektronische muziekinstrumenten. Ook al zijn ze van verschillende soort en
type, met elkaar of met een computer communiceren, teneinde informatie uit te wisselen.
Elektronische muziekinstrumenten uitgerust met MIDI interface hebben één of meer DIN-5 pluggen. Er zijn normaal 3
MIDI pluggen zoals hieronder beschreven;
MIDI-IN: plug door welke het instrument de MIDI gegevens ontvangt, verzonden door andere instrumenten.
MIDI-OUT: plug door welke het instrument de MIDI gegevens verzendt, die het heeft voortgebracht.
MIDI-THRU: plug gebruikt voor serieschakeling van een aantal ontvangers, verzendt deze gegevens precies zoals ze
zijn ontvangen door de MIDI-IN plug.
Hier volgt een samenvatting van de meest gebruikte MIDI termen;
•
MIDI kanaal: verzending en ontvangst van de MIDI gegevens zijn verdeeld over kanalen, zodanig, dat alleen
met de gelijk genummerde kanalen van andere instrumenten kan worden gecommuniceerd. MIDI heeft 16
kanalen, zodat er met één instrument 16 andere bespeeld kunnen worden. Als het MIDI-kanaal is gekozen, zal
er alleen verbinding zijn met de eenheid met hetzelfde kanaalnummer. Dus als twee MIDI eenheden zijn
afgestemd op verschillende kanalen zijn ze niet in staat om gegevens uit te wisselen.
•
Note ON/OFF: belangrijke informatie omtrent een te spelen noot, zoals, welke noot, wanneer beginnen, hoe
lang aanhouden en met welke dynamiek.
•
Program Change: i.p.v. Program Change spreekt men ook wel van Sound Change, Path Change, Timbre,
Preset of Stem. Het betekent allemaal hetzelfde! Een Program is dus eigenlijk een verzameling instellingen die
een bepaalde klank vormt. Er zijn 128 verschillende klanken genormaliseerd in General MIDI, b.v. Piano,
Draaiorgel, gitaar, enz.
•
Control Change: met Control Change (regelaarverandering) kunnen 128 verschillende regelingen worden
ingesteld, zoals b.v. Main Volume, Expression Volume, Tremolo Speed, Tremolo, Depth, Panning, Sostenuto,
end.
•
Systeem Messages: dit zijn boodschappen die zijn bedoeld om het hele systeem te sturen, o.a. vallen hieronder
de “systeem exclusieve”welke door fabrikanten gebruikt worden om boodschappen te versturen, die alleen
door hun eigen instrumenten worden herkend.