BELANGRIJKE AANWIJZINGEN
A
Het systeem dient alleen door geschoold vakpersoneel te worden ingebouwd!
A
Neem de kwaliteitsstandaards van de vakvereniging voor motorvoertuigen in acht!
A
Brandgevaar! Bij het boren op verdekte kabeltrossen, de tank en de brandstofleidingen
letten!
A
Boor nooit in dragende delen of beveiligingsdelen van de carrosserie!
Bij het inbouwen van componenten in het interieur in elk geval in acht nemen:
A
Zorg ervoor dat de bestuurder vrij uitzicht heeft!
A
Kans op verwondingen bij aanrijdingen! Monteer geen componenten in het
werkingsgebied van de airbag en niet in het opstuitbereik voor het hoofd of de knieën!
A
Het systeem uitsluitend monteren in auto’s met 12-V-boordspanning en minpool aan de
carrosserie! Bij montage in ongeschikte voertuigen (bijv. vrachtwagens, bussen) bestaat er
kans op foutieve werking, beschadigingen en autobrand!
Systeemcomponenten, afb. 1
Voor het inbouwen zijn ten minste de volgende componenten noodzakelijk.
1
Navigatiecomputer met universeel montageframe en 2 ontgrendelingsbeugels
2
Montagebeugel met montagemateriaal
3
GPS-antenne met metalen plaat en kabel
4
Montage-instructies
5
Voedingskabel
6
Signaalkabel
7
Infrarood-afstandsbediening
8
Monitor met monitorkabel
9
Wegenkaart-DVD/CD en CD Operating Software
Bovendien kan er een houder (
0
) voor de afstandsbediening worden ingebouwd. In
de houder werkt de afstandsbediening ook zonder batterijen.
Veiligheidsmaatregelen treffen
A
Voordat u met de montagewerkzaamheden begint, moet u de massakabel van de
minpool van de accu loskoppelen om kortsluitingen te voorkomen! Neem hierbij de
veiligheidsaanwijzingen van de autofabrikant in acht (alarmsysteem, airbag,
startblokkering, radiocodering enz.)!
Montageframe inbouwen, afb. 2 - 3
De computer kan met het bijgeleverde montageframe in een DIN-radiovak in de auto
worden ingebouwd.
Neem voor de inbouw als volgt in acht, afb. 4a en 4b:
–
Om de DVD/CD in het DVD/CD-vak te kunnen plaatsen, moet aan de voorkant van
de navigatiecomputer een ruimte van minstens 130 mm aanwezig zijn.
–
Voor een goede beluchting moet achter de navigatiecomputer een ruimte van
minstens 50 mm aanwezig zijn.
–
Voor een goede werking is een starre verbinding met de carrosserie noodzakelijk!
23
Nederlands