
118
11. Probleemoplossing
De volgende tabel geeft een overzicht van controles en handelingen die kunnen worden uitgevoerd wanneer het
product niet goed werkt. Neem contact op met een servicecentrum of uw handelaar wanneer u het probleem niet zelf
kunt identificeren/verhelpen.
Probleem
Mogelijke oorzaak
Mogelijke oplossing
Het product werkt niet.
• De verlengsnoer is niet op de
netvoeding aangesloten.
• Steek de stekker van het
verlengsnoer in het stopcontact.
• Het verlengsnoer is beschadigd.
• Controleer het verlengsnoer met
een ander product of vervang het
verlengsnoer.
• De terugslagrem van de
voorste handbeschermer (3) is
geactiveerd.
• Trek de voorste handbeschermer
achteruit om de terugslagrem uit
te schakelen.
Droge zaagketting of de
automatische smeerfunctie werkt
niet.
• Het oliereservoir is leeg of de
hoeveelheid olie is lager dan het
aangegeven minimum oliepeil.
• Vul het oliereservoir met olie.
• De smeerolie-uitlaat (22) is
verstopt.
• Maak het zaagblad los en reinig
de smeerolie-uitlaat (22).
De zaagketting is oververhit.
• De zaagketting is niet gesmeerd. •
Ú
Probleem: Droge zaagketting.
• De zaagketting is bot.
• Slijp de zaagketting.
• De zaagketting is te veel
aangespannen.
• Draai de spanknop voor de
zaagketting los.
Kettingzaag trekt, trilt of zaagt niet
goed.
• De zaagketting is bot.
• Slijp de zaagketting.
• De zaagketting is versleten.
• Vervang de zaagketting.
• De zaagketting zit te los.
• Verhoog de spanning op de
zaagketting.
• Zaagtanden wijzen in de
verkeerde richting.
• Wijzig de richting van de
zaagtanden.
• Het zaagblad heeft een
ongelijkmatige slijtage.
• Vervang het zaagblad en de
zaagketting.