Nederlands
94
Nederlands
93
9. Klik in het venster [Network and Dial-up Connections]
(Netwerk- en inbelverbindingen) met de rechtermuisknop op
het pictogram [Local Area Connection] (LAN-verbinding) en
selecteer [Properties] (Eigenschappen).
10. Selecteer [Internet Protocol (TCP/IP)] (Internet-protocol
(TCP/IP)) in het dialoogvenster [Local Area Connection
Properties] (Eigenschappen voor lokale netwerkverbinding)
en klik vervolgens op [Properties] (Eigenschappen).
11. Klik in het dialoogvenster [Internet Protocol (TCP/IP)
Properties] (Eigenschappen voor Internet Protocol (TCP/IP))
op het keuzerondje [Obtain an IP address automatically]
(Automatisch een IP-adres laten toewijzen). Klik tevens op
het keuzerondje op [Obtain DNS server address automatically]
(Automatisch een DNS-serveradres laten toewijzen).
12. Klik tweemaal op [OK] om uw wijzigingen te bevestigen en op
te slaan, en sluit vervolgens het [Control Panel]
(Configuratiescherm).
Windows 98, Me, SE
1. Klik op [Start], wijs [Settings] (Instellingen) aan en klik op
[Control Panel] (Configuratiescherm) op de taakbalk van
Windows.
2. Dubbelklik op het pictogram [Network and Dial-up
Connections] (Netwerk- en inbelverbindingen).
3. Klik in het venster [Network and Dial-up Connections]
(Netwerk- en inbelverbindingen) met de rechtermuisknop op
het pictogram [Network] (Netwerk) en selecteer vervolgens
[Properties] (Eigenschappen). In het dialoogvenster [Network
Properties] (Netwerkgegevens) wordt een lijst weergegeven van
geïnstalleerde netwerkonderdelen. Als de lijst [Internet
Protocol (TCP/IP)] (Internet Protocol (TCP/IP)) bevat, is het
protocol al ingeschakeld. Ga verder naar stap 11.