SKYLOTEC DEUS ONE, User Manual, Page: 25 / 92

25
Informatie - zorgvuldig lezen
De gebruiksaanwijzing moet altijd in de landstaal beschikbaar
zijn. Indien deze niet beschikbaar is, dient de verkoper dit met
SKYLOTEC op te nemen vóór de wederverkoop. De gebru-
iksaanwijzing moet aan de gebruiker ter beschikking worden
gesteld. Zij moet vóór gebruik gelezen en begrepen worden.
De apparatuur mag alleen gebruikt worden door personen met
een goede lichamelijke en geestelijke gezondheid. Noodplan-
nen moeten aanwezig zijn en ter beschikking staan van de ge-
bruiker voor alle eventualiteiten. Reddingsoperaties moeten zo
snel mogelijk kunnen worden uitgevoerd.
1) Algemene informatie
LET OP: De SKYLOTEC DEUS ONE is een verticaal reddings-
systeem voor eenmalig gebruik in een noodsituatie. Het afdaa-
lapparaat mag door maximaal één persoon worden gebruikt.
Het afdaalapparaat mag alleen worden gebruikt binnen de ge-
specificeerde gebruiksvoorwaarden en voor het beoogde doel.
De afdaler heeft een remsysteem dat de afdaalsnelheid au-
tomatisch beperkt. Afhankelijk van de toepassing is een extra
vermindering van de abseilsnelheid mogelijk door de snelheid
van het binnenkomende touw te beperken. Hierdoor is een red-
ding of het stoppen van het abseilen altijd gegarandeerd, zelfs
als de gebruiker niet in staat is te handelen.
De afdaler is getest en gecertificeerd voor eenmalig gebruik
volgens EN 341 - Klasse D en ANSI/ASSE Z359.4-2013. Dit
betekent dat het na elk gebruik naar SKYLOTEC of een door
SKYLOTEC geautoriseerd bureau moet worden gestuurd voor
inspectie en vervanging van het touw. Indien het systeem ge-
bruikt is voor een redding, moet het onmiddellijk buiten gebruik
gesteld worden.
Afdalers volgens EN 341 - Klasse D moeten duidelijk aangeven
of ze gebruikt zijn. Daartoe dient de vrijgave-indicator die zich
op het touw bevindt (zie figuur 4.2, 5.1).
De afdaler mag alleen worden gebruikt met harnassen en
evacuatiemiddelen die voldoen aan EN361, EN12277 type A,
EN1497 en EN1498. Buiten Europa moeten de producten wor-
den gebruikt in overeenstemming met de geldende normen/
voorschriften.
SKYLOTEC beveelt regelmatige training in het juiste ge -
bruik van het systeem aan.
De ANSI/ASSE Z359.1 normen en andere toepasselijke
voorschriften voor veilig redden moeten in acht worden
genomen.
2) Veiligheidsinstructies
Het afdaalapparaat mag alleen worden gebruikt door personen
die met succes hebben deelgenomen aan een instructie over
het veilig gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen met
praktijkoefeningen (bijv. GWO Working@heights). Inspecties
moeten worden uitgevoerd door een speciaal opgeleide, door
de fabrikant gekwalificeerde deskundige. Reparaties en wijzi -
gingen aan de apparatuur zijn niet toegestaan. In geval van
twijfel moet de daalder naar de fabrikant worden gestuurd.
Er mogen geen combinaties van componenten of subsystemen
worden gebruikt die de veilige werking beïnvloeden of versto-
ren.
De afdaler mag alleen worden gebruikt met touw van het type
„R-145 ARAMID CORD 5.9“. Gebruik nooit een ander touw! De
breukbelasting van het touw is: 1800 daN / 18 kN.
Details van het touwtype „R-145 ARAMID CORD 5.9“:
Schede verschuiving (%) 0
Stretch (%) 0,5
Massafractie van de mantel (%) 57,5
Massafractie van de kern (%) 42,5
Massa per meter (g/m) 25,9
Materiaal kern/mantel Aramid / PA 6
Gebruik/gebruik het systeem niet in de buurt van elektrische,
thermische en chemische risico‘s, bewegende machines, scherpe
randen en ruwe oppervlakken en andere bronnen van gevaar. Be-
scherm het systeem tegen chemicaliën, directe vlammen en grote
hitte (>450 °C), intense koude en andere zware omgevingsomstan -
digheden die schadelijk kunnen zijn.
De afdaler mag niet permanent op een werkplek worden geïnstal-
leerd.
De apparatuur mag niet worden blootgesteld aan chemicaliën, gro-
te hitte, intense koude of andere agressieve omgevingen die een
schadelijk effect kunnen hebben. Raadpleeg bij twijfel SKYLOTEC.
De daalinrichting moet zodanig met het ankerpunt worden verbon-
den dat het afdalen niet wordt belemmerd. Elk losraken tussen de
gebruiker en het ankerpunt moet worden vermeden.
De afdaler kan tijdens of na de afdaling oververhit raken. Dit kan
het touw beschadigen of bij aanraking brandwonden veroorzaken.
Een gecontroleerde abseil is essentieel, want het is moeilijk om de
controle terug te krijgen als je die verliest. Het maximale abseilwerk
komt overeen met een rappel met een maximaal gewicht van meer
dan 200 m (656 ft). De maximale abseilsnelheid is 2 m/s.
3) Technische gegevens
3.1) Gewichtsbereiken
Standaard Min.
Gewicht
Max.
Gewicht
Max.
Abseiling
hoogte
EN 341:2011/1D 59kg/
130lbs
112kg/
247lbs
200m/
656 ft
ANSI Z359.4-2013
59kg/
130lbs
141kg/
310lbs
200m/
656 ft
NL Gebruiksaanwijzing