NEDERLANDS
Als de buitentemperatuur verandert terwijl u de airconditioner gebruikt, veranderen de tempe-
ratuurinstellingen automatisch zoals aangegeven op het schema.
FUNCTIE OVERSCHAKELEN
(alleen voor de modellen AY-X08BE/AY-X10BE/AY-X13BE)
In seizoenen waarin u overdag wilt KOELEN en ’s nachts VERWARMEN, of als de kamer-
temperatuur door een extra verwarmingstoestel veel hoger wordt dan de temperatuurinstelling,
schakelt de functie automatisch over tussen VERWARMEN en KOELEN om de kamertempe-
ratuur aangenaam te houden.
Bij de functie AUTO worden temperatuur en functie automatisch ingesteld op basis van de ka-
mertemperatuur en de buitentemperatuur zodra het toestel wordt ingeschakeld.
Functie- en temperatuurinstellingen voor de
modellen AH-X08BE/AH-X10BE/AH-X13BE
Functie- en temperatuurinstellingen voor de
modellen AY-X08BE/AY-X10BE/AY-X13BE
De waarden tussen ( ) zijn
temperatuurinstellingen
TIPS VOOR HET INDICATORPANEEL
Bij iedere druk op de DISPLAY-toets verandert het
indicatorpaneel als volgt.
De kamertemperatuur en de VERMOGEN-
MONITOR verschijnen op het display.
De buitentemperatuur en de VERMOGEN-
MONITOR verschijnen op het display.
Geen display.
VERMOGEN-MONITOR
DISPLAY
FULL
POWER
29
21
28
34
29
21
28
18
10
0
34
De waarden tussen ( ) zijn
temperatuurinstellingen
Wanneer de kamertemperatuur of de buitentemperatuur op het display staat, geeft de VER-
MOGEN-MONITOR het vermogen aan in 4 niveaus (3 niveaus voor de functie DROGEN).
Wanneer de airconditioner op maximaal vermogen werkt in de functie KOELEN (en
VERWARMEN voor AY-X08BE/AY-X10BE/AY-X13BE), begint “Power” te branden en wordt
“Eco” gedoofd op het indicatorpaneel.
OPMERKINGEN:
• De aangegeven temperaturen zijn bij benadering en kunnen afwijken van de echte
temperaturen.
• Bereiken van het temperatuurdisplay
Kamertemperatuur: 0°C ~ 40°C (
wordt aangegeven bij een temperatuur van minder
dan 0°C;
wordt aangegeven bij een temperatuur van meer dan 40°C)
Buitentemperatuur: -9°C ~ 45°C (
wordt aangegeven bij een temperatuur van minder
dan -9°C;
wordt aangegeven bij een temperatuur van meer dan 45°C)
•
wordt aangegeven tijdens de eerste minuut dat u het toestel gebruikt terwijl de
temperatuur wordt gemeten.
• Wanneer het toestel niet werkt kan alleen de kamertemperatuur worden aangegeven.
N-9
Drogen
(
kamertemperatuur
)
2°C
Buiten-
temp.
Koelen
(24°C)
Koelen
(25°C)
Koelen
(26°C)
Binnentemp.
Buiten-
temp.
Binnentemp.
Koelen
(24°C)
Koelen
(25°C)
Koelen
(26°C)
Koelen
(24°C)
Koelen
(23°C)
Koelen
(24°C)
Drogen
(
kamertemperatuur
)
2°C
Ventilator
K a m e r t e m p e r a t u u r -
indicator
Temperatuur-
indicator
Buitentemperatuur-
indicator
TIPS VOOR DE AUTO FUNCTIE
(°C)
(°C)
(°C)
(°C)
VERMOGEN-MONITOR
ECO
ECO