128
www.scheppach.com
+(49)-08223-4002-99
+(49)-08223-4002-58
NL
19
Controleer uw toestel op beschadigingen
–
Voordat u het gereedschap verder gebruikt
dient u de veiligheidsinrichtingen of licht be
-
schadigde onderdelen zorgvuldig op hun be
-
hoorlijke en reglementaire werkwijze te con
-
troleren.
–
Controleer of de bewegelijke onderdelen naar
behoren functioneren en niet klem zitten alsook
of onderdelen beschadigd zijn. Alle onderdelen
moeten naar behoren gemonteerd zijn om de
veiligheid van de machine te verzekeren.
–
De bewegende beschermkap mag niet in ge
-
opende stand worden vastgeklemd.
–
Beschadigde veiligheidsinrichtingen en on
-
derdelen dienen deskundig door een erkende
vakwerkplaats te worden hersteld of vervangen
tenzij in de handleidingen anders vermeld.
–
Beschadigde schakelaars dienen door een
klantendienst-werkplaats te worden vervangen.
–
Gebruik geen defecte of beschadigde aansl
-
uitkabels.
–
Gebruik geen gereedschappen waarvan de
schakelaar niet kan worden in- of uitgescha
-
keld.
20
LET OP!
–
Bij dubbele versteksneden is uiterste voorzich
-
tigheid geboden.
21
LET OP!
–
Bij gebruik van andere inzetstukken en andere
accessoires bestaat gevaar voor persoonlijk
letsel.
22
Laat de machine repareren door een erkend
elektricien
–
Dit elektrisch gereedschap beantwoordt aan de
desbetreffende veiligheidsbepalingen. Herstel
-
lingen mogen enkel door een elektrovakman
worden verricht, anders kunnen zich ongeluk
-
ken voor de gebruiker voordoen.
23
Onttrek de kabel niet aan zijn eigenlijke be
-
stemming
–
Draag het gereedschap niet aan de kabel en
gebruik de kabel niet om de stekker uit het stop
-
contact te trekken. Bescherm de kabel tegen
hitte, olie en scherpe kanten.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften
1
Veiligheidsmaatregelen
–
m
Waarschuwing!
Vervormde zaagbladen of
zulke met barstjes mogen niet worden gebruikt.
–
Vervang een tafelinzetstuk als dit versleten is.
–
Gebruik alleen door de fabrikant aanbevo
-
len zaagbladen die voldoen aan EN 847-1.
m
Waarschuwing!
Bij het verwisselen van
zaagblad erop letten dat de breedte van de sne
-
de niet kleiner en de dikte van de zaagbladrug
niet groter is dan de dikte van het spouwmes.
–
Let erop dat u een zaagblad kiest dat geschikt
is voor het te zagen materiaal.
11 Beveilig het werkstuk
–
Gebruik spaninrichtingen of een bankschroef
teneinde het werkstuk vast te zetten. Het wordt
zodoende veiliger vastgehouden dan met uw
hand en maakt het mogelijk de machine met
de beide handen te bedienen.
–
Voor lange werkstukken is extra ondersteuning
(tafel, blokken enz.) vereist om kantelen van de
machine te voorkomen.
–
Druk het werkstuk stevig op het werkblad en
tegen de aanslag, om te voorkomen dat het
werkstuk gaat wiebelen of verschuiven.
12
Vermijd een onnatuurlijk lichaamshouding
–
Zorg er steeds voor dat u stevig en stabiel staat.
–
Voorkom dat u uw handen in een onhandige
stand houdt waardoor een of beide handen het
zaagblad zouden kunnen raken bij een plotse
-
linge verschuiving.
13
Onderhoud uw gereedschap zorgvuldig
–
Hou uw gereedschappen scherp en schoon om
goed en veilig te werken.
–
Neem
–
de onderhoudsvoorschriften en de instructies
voor het verwisselen van gereedschappen in
acht.
–
Controleer regelmatig de stekker en de kabel
en laat deze bij beschadiging door een erkende
vakman vervangen.
–
Controleer de verlengkabel regelmatig en ver
-
vang beschadigde kabels.
–
Hou handgrepen droog en vrij van olie en vet.
14
Neem de stekker uit het stopcontact
–
Verwijder nooit losse houtsplinters, houtkrullen
of vastzittende houtstukken als het zaagblad
draait.
–
Als u de machine niet gebruikt, voordat u on
-
derhoud uitvoert of gereedschappen wisselt,
zoals zaagbladen, boren en frezen.
15
Laat geen gereedschapssleutels steken
–
Controleer of de sleutels en afstelgereedschap
-
pen verwijderd zijn alvorens de zaag aan te
zetten.
16
Voorkom onbedoelde inschakeling
–
Controleer of de schakelaar is uitgeschakeld
wanneer u de stekker in het stopcontact steekt.
17 Gebruik een verlengsnoer voor gebruik bui-
tenshuis
–
Gebruik buitenshuis uitsluitend verlengsnoeren
die hiervoor zijn goedgekeurd en die als zoda
-
nig zijn gelabeld.
–
Gebruik de snoeren alleen als de trommel is
afgerold.
18
Blijf steeds alert
–
Ga voorzichtig te werk. Gebruik uw gezond ver
-
stand tijdens de werkzaamheden. Gebruik de
machine niet wanneer u niet geconcentreerd
bent.