56
C
Om in te schakelen houdt u de
deblokkeringstoets (7) ingedrukt
en drukt u binnen 2 seconden
kort de inschakeltoets (8) in.
• Houd de deblokkeringstoets
tijdens de werking ingedrukt.
De staafmixer draait met de
hoogste snelheidsstand. De
LED’s van de LED-indicatie (6)
branden (aantal afhankelijk van
de actuele laadtoestand).
Info:
Om de staafmixer te beschermen
tegen overbelasting schakelt
deze zichzelf bij oververhitting,
blokkerend mes of na 4 minuten
continue werking automatisch uit.
Na het uitschakelen knipperen
alle LED’s langzaam. De staaf-
mixer kan daarna weer worden
ingeschakeld en verder worden
gebruikt.
•
Wijzig indien gewenst de
snelheid: druk daarvoor kort de
inschakeltoets in.
De snelheid wordt dan verlaagd.
Info:
Na de langzaamste snelheids-
stand schakelt de staafmixer
weer door naar de hoogste stand.
•
Om uit te schakelen laat u de
deblokkeringstoets los.
Laadtoestand weergeven
• Druk kort op de deblokke
-
ringstoets (7).
Het aantal brandende LED’s
geeft de laadtoestand aan.
REINIGEN
VOORZICHTIG,
verwondingsgevaar:
–
Houd de vingers weg van de
toetsen.
– De messen van de opzet
-
stukken zijn heel scherp!
Pak de messen niet beet
met blote handen.
Om te voorkomen dat bederfelijke
restanten kunnen blijven zitten
reinigt u de staafmixer (1) onmid-
dellijk na elk gebruik grondig:
•
Dompel de mixstaaf (3) van de
staafmixer in de mixbeker (14)
of een kom met warm water en
afwasmiddel.
•
Schakel de staafmixer in. Laat
hem korte tijd in de oplossing met
afwasmiddel draaien.
• Vul de mixbeker of de kom met
helder, schoon water en laat de
staafmixer gedurende korte tijd
daarin draaien.
• Om er zeker van te zijn dat
geen restanten vast zijn blijven
zitten trekt u het opzetstuk eraf
(zie "Opzetstuk plaatsen/verwis-
selen") en reinigt u dit.
• Veeg indien nodig de motor
-
eenheid (2), de mixstaaf van de
staafmixer en het laadstation (13)
schoon met een vochtige doek.
AANWIJZING, gevaar
voor beschadiging van de
staafmixer:
–
Gebruik geen schuurmidde-
len, agressieve vloeistoffen,
sponsjes met ruwe opper-
vlakken of harde borstels.
– De staafmixer is niet
geschikt voor reiniging in de
vaatwasser.
–
Laat de mixstaaf (3) niet
gedurende een langere tijd
in vloeistoffen staan, anders
kunnen er verkleuringen
optreden.
•
Droog alle afgewassen
onderdelen.
ACCU OPLADEN
Als de staafmixer (1) is ingescha-
keld, geeft het aantal brandende
LED’s op de LED-indicatie (6) de
laadtoestand van de staafmixer
aan. Wanneer de accu leeg is,
knippert LED 1 langzaam.
Info:
Schakel de staafmixer niet meer
in als de accu leeg is. Anders kan
de accu beschadigd raken.
A
Leg de staafmixer met zijn
contactvlakken op de contactpen-
nen van het laadstation (13).
L
In de correcte positie zit de
staafmixer voelbaar vast en knip
-
peren de LED’s van de LED-indi-
catie (6). Het aantal knipperende
LED’s geeft de laadtoestand aan.
De accu is volledig geladen zodra
alle LED’s uit zijn.
OPBERGEN
Berg het apparaat inclusief
accessoires weg op een plaats
die voor kinderen niet toeganke
-
lijk is. Als u het apparaat langere
tijd wilt opbergen (zonder het
te gebruiken), laad dan eerst
de accu volledig op (zie "ACCU
OPLADEN"). Anders kan de accu
beschadigd raken.
L
De opzetstukken kunnen op
de daarvoor bedoelde pennen
van het laadstation worden
bewaard.
ACCU VERVANGEN
VOORZICHTIG,
verwondingsgevaar:
Houd de vingers weg van de
toetsen.
Wanneer LED 1 kort opflikkert,
is de accu defect (zie "Overzicht
LED-indicatie (6)") en moet hij
worden vervangen:
•
Haal de staafmixer (1) uit het
laadstation (13).
D
Draai de 3 schroeven aan het
accudeksel (5) los en trek dit eraf.
E
Trek de accu er met een
krachtige ruk aan de lus (16) uit.
F
Plaats de nieuwe accu incl.
lus. Zorg er daarbij voor dat
de stekker (17) volledig in het
daarvoor bedoelde tegenstuk aan
de staafmixer wordt gestoken.
Daarvoor is wat kracht vereist.
• Stop de lus er zo in dat hij
toegankelijk blijft.
Nederlands