background image

Sondemodus

1. Bepaal de frequentie van uw sonde (voor de SeeSnake camera’s is dat 512 Hz).
2. Selecteer de bedieningsmodus voor de sonde en selecteer de frequentie van uw sonde.
3. Ga naar Beeldweergave met behulp van de selectietoets.
4. (Optioneel) Druk, terwijl de sonde 

uitgeschakeld

 is, gedurende 3 seconden op de toets

Omlaag om de “Sonde uit” signaalsterkte op nul te zetten (0-instelling). Dit vergemakkelijkt
de detectie in gebieden met veel elektrische interferenties.

5. Zoek naar de hoogst mogelijke waarde (signaalsterkte) weer te geven. Begin met trage en

behoedzame bewegingen tot u door hebt hoe dit werkt.

6. Wanneer u het punt met de maximale signaalsterkte gevonden hebt, duidt u dit punt aan

met de gele, achthoekige sondemarkering. U hebt nu een voorafgaande lokalisatie
uitgevoerd. Om de lokalisatie te bevestigen en om een grotere nauwkeurigheid te bereiken,
gaat u door naar de volgende stap.

7. Begin bij de markering en ga naar Kaartweergave met behulp van de selectietoets.
8. Beweeg nu vanaf de markering in alle richtingen langs de aangegeven sondeas (dubbele

lijn). Houd de mast verticaal en lokaliseer en markeer de pool met een van de oranje
driehoekige markeringen. De beeldhoek-indicator moet 90° bedragen.

9. Ga langs de sondeas, over de 0-lijn (stippellijn = zender) en markeer de andere pool met de

andere oranje driehoekige markering.

10.Controleer de lokalisatie. De sonde ligt op het snijpunt van de lijn van de sondeas en de 0-

lijn. Meet de diepte op dit punt. De beeldhoek-indicator moet op dit punt 0 graden
bedragen.

Zwaai om de richting van de
sonde te zoeken.

Markeer de
polen en de
0-lijn.

Kaartweergave over elke pool.

Pool

0-lijn

Kaartweergave over de
0-lijn

Pool

Zoekweergave

                        getoond

Meter signaalsterkte:

 beweging in

de richting van de klok geeft aan dat

het signaal toeneemt.

Signaalsterkte:

 hogere waarden

geven een sterker en dichter signaal

aan, dichter bij de sonde.

Minikaart:

 Verkleinde

Kaartweergave. De visuele signalen

geven de locatie van de sonde aan.

(zie Kaartweergave hieronder)

Schakel over tussen de Zoekweergave en de
Kaartweergave met behulp van de selectietoets.

Gemeten signaal:

verschijnt hier.

i

i

i

Kaartweergave getoond

Signaalsterkte:

 de hogere waarden

geven een sterker en dichter signaal

aan, dichterbij de sonde.

Pictogram pool:

 geeft de positie van

dichtstbijzijnde pool aan.

0-lijn:

 de stippellijn geeft de positie

van de 0-lijn zender aan.

Sondeas:

 geeft de benaderende

richting van de leiding aan. Accurater

boven de leiding.

Sondepictogram:

 symbool /

pictogram geeft aan dat de

beeldhoek 0 is.

Zoomring:

 grote ring die verschijnt

wanneer de display wordt in- of

uitgezoomd (over de polen).

Indicator maximale signaalsterkte

Lijn & passieve (AC) traceermodi

1. Bepaal de frequentie van uw lijnzender.
2. Selecteer de bedieningsmodus NaviTrack “traceren” en selecteer de frequentie die u wilt

gebruiken.

3. Ga (indien nodig) naar Kaartweergave met behulp van de selectietoets.
4. (Optioneel) 0-instelling: Wanneer de lijnzender uitgeschakeld is, drukt u gedurende 3

seconden op de toets Omlaag om de Basislijn signaalsterkte “Zender Uit” in te stellen op
0,0 om de detectie te vergemakkelijken.

5. Activeer de lijn die u wilt traceren. Controleer of de aangegeven signaalsterkte sterk

toeneemt wanneer u de zender nadert. Houd de onderste antenne bij de aardingsdraad
(zwart) of de rechtstreekse verbindingsdraad (rood) en kijk of u een krachtige
ononderbroken traceerlijn ziet op de display. Indien de lijnzender in inductiemodus staat,
moet u een groot signaal zien overal in de buurt van de zender.

6. Traceer de lijn.
7. 1000-instelling: Wanneer u in het midden van de lijn een sterk signaal ziet, drukt u

gedurende 3 seconden op de toets Omhoog om de signaalsterkte en de huidige
niveauweergave allebei in te stellen op een “genormaliseerde” waarde van 1000.

Wanneer het signaal van de onderste antenne gecentreerd is in de Kaartweergave, bevindt u
zich boven de geactiveerde lijn. Wanneer het signaal van de bovenste antenne (stippellijn)
goed gealigneerd is met het signaal van de onderste antenne, dan is het veld niet gestoord.

Kaartweergave

                       getoond

i

i

i

i

i

i

Signaalsterkte: de hogere getallen

wijzen op een sterker en dichter

signaal, dichter bij de lijn.

Getraceerde lijn (ononderbroken):

onderste antenne, toont een deel van

de geactiveerde lijn.

Getraceerde lijn (stippellijn):

 bovenste antenne, moet gealigneerd

zijn voor goede lokalisatie en diepte.

Schakel over tussen Zoekweergave en
Kaartweergave met behulp van de selectietoets.

Zoekweergave      

                  getoond

i

i

i

Markering maximaal signaal:

geeft het sterkst gemeten signaal
aan.

Meter signaalsterkte:

 beweging in

wijzerzin wijst op toename van

signaal.

Signaalsterkte:

 de hogere cijfers

duiden op een sterker en dichter

signaal, dichter bij de lijn

Minikaart:

 Verkleinde

Kaartweergave. De visuele signalen

geven de locatie van de sonde aan.

(zie Kaartweergave).

Markering maximaal signaal:

geeft het sterkste gemeten
signaal aan.

Summary of Contents for NAVITRACK

Page 1: ...RIDGE TOOL COMPANY NaviTrack...

Page 2: ...a four 4 second interval and holds the reading on the display Press once to take reading press again to return to real time depth display Icon shown when depth held Depth readings are available in fe...

Page 3: ...cantly if you are near the transmitter Place the lower antenna near either the ground wire black or the direct connection red wire and confirm you have a steady solid tracing line on the display If th...

Page 4: ...einmal auf die Men taste dr cken Mit der Aufw rts bzw Abw rtstaste die Men punkte anw hlen Mit der Auswahltaste den markierten Men punkt ausw hlen Mit den Aufw rts bzw Abw rtstasten die gew nschten In...

Page 5: ...i i i Signalst rke h here Zahlen bedeuten ein st rkeres n her bei dem Sender liegendes Signal Pol Symbol zeigt die Position des n chstliegenden Pols quator die gestrichelte Linie zeigt den quator Send...

Page 6: ...lectionner la rubrique en sur brillance Utilisez les touches fl ch es vers le haut et vers le bas pour choisir le niveau d information souhait Utilisez ensuite la touche S lection pour s lectionner l...

Page 7: ...ort plus proche de la sonde Ic ne de P le indication de la position du p le le plus proche Equateur la ligne pointill e indique la position de l quateur Axe de la sonde indication de la direction appr...

Page 8: ...nt u de hoeveelheid informatie kiezen die wordt weergegeven op het scherm Ga naar de gewenste menuopdracht met de toetsen Omhoog Omlaag Hoofdmenu Selecteer de opgelichte menuopdracht met de selectieto...

Page 9: ...eft de positie van de 0 lijn zender aan Sondeas geeft de benaderende richting van de leiding aan Accurater boven de leiding Sondepictogram symbool pictogram geeft aan dat de beeldhoek 0 is Zoomring gr...

Page 10: ...arre informazioni Questo menu consentir all utente di scegliere le informazioni visualizzate a video Premere il tasto Menu una volta per aprire il menu principale Utilizzare i tasti Su o Gi per scegli...

Page 11: ...alla sonda Icona polo indica la posizione del polo pi vicino Equatore la linea punteggiata mostra la posizione dell equatore Asse sonda mostra la direzione approssimativa del tubo pi precisa sul tubo...

Page 12: ...Pulse la tecla de Men una vez para abrir el Men Principal Utilice las teclas Arriba y Abajo para elegir el elemento del men Utilice la tecla Seleccionar para seleccionar el elemento resaltado Utilice...

Page 13: ...s indican se al cercana m s intensa m s cercana a la sonda Icono de polo muestra la posici n del polo m s pr ximo Ecuador la l nea de puntos muestra la posici n del ecuador Eje de sonda muestra la dir...

Page 14: ...en for at bne Hovedmenuen Brug Pil op eller Pil ned til at finde det nskede emne i menuen Brug Valgtasten til at v lge det fremh vede emne Brug Pil op eller Pil ned til at finde det nskede information...

Page 15: ...for pol viser n rmeste pols position kvator stiplet linje der viser kvators position S gerens akse viser r rets omtrentlige retning mere pr cist over r ret Ikon for s ger Symbol ikon der angiver at fe...

Page 16: ...e mahdollisuuden valita n yt ll n kyv t tiedot Paina Valikkopainiketta kerran avataksesi P valikon Valitse valikon kohta Yl s ja Alas painikkeilla K yt Valintapainiketta valitaksesi valaistun kohdan V...

Page 17: ...amman signaalin l hemp n sondia Pylv n kuvake osoittaa l himm n pylv n paikan Keskiviiva pisteviiva osoittaa keskiviivan paikan Sondiakseli ilmoittaa putken suunnan suurin piirtein tarkempi putken yl...

Page 18: ...Professional Tools Professional Tools Professional Tools Professional Tools Professional Tools...

Reviews: