29
NL
Ingebruikname
GEVAAR VOOR LETSEL!
Gebruik de
haakse slijpmachine altijd met gemon-
teerde veiligheidskap.
De veiligheidskap
moet correct op de haakse slijpmachine ge-
monteerd worden. Stel de kap zodanig in dat
een maximum aan veiligheid wordt bereikt,
d.w.z. het kleinst mogelijke deel van het slijpge-
reedschap wijst open naar de gebruiker. De
veiligheidskap moet de gebruiker tegen afge-
broken stukken en toevallig contact met het
slijpgereedschap beschermen.
GEVAAR VOOR LETSEL! Zorg ervoor
dat de montagehoek van de veilig-
heidskap
7
op zijn minst identiek is
aan die van de extra handgreep
6
(zie afb. B).
In het andere geval bestaat het
gevaar dat u zich verwondt aan de voorbewer-
kings- of doorslijpschijf.
Open de spanhendel
8
.
Plaats de veiligheidskap
7
met de codeernok
9
in de codeergroef
16
.
Draai de veiligheidskap
7
naarn de vereiste
positie (werkpositie). De gesloten zijde van de
veiligheidskap
7
moet altijd naar de gebruiker
wijzen.
Sluit de spanhendel
8
voor het vastzetten van
de veiligheidskap
7
.
Zo nodig kan de spankracht van de sluiting
door het los- of vastdraaien van de afstel-
schroef
10
worden veranderd.
Waarborg dat de veiligheidskap
7
vast op
de spilhals zit.
Q
Extra handgreep monteren
VOORZICHTIG!
Om veiligheidsredenen
mag dit apparaat alleen met de extra
handgreep
6
gebruikt worden.
In het
andere geval kan letsel het gevolg zijn.
GEVAAR
VOOR LETSEL! Trek vóór alle werk-
zaamheden aan het apparaat
altijd
eerst de netsteker uit de contactdoos!
De extra handgreep
6
kan al naargelang de
werkwijze links, rechts of boven de apparaatkop
worden ingeschroefd.
Q
Voorbewerkings- / doorslijp-
schijf monteren / vervangen
Neem de afmetingen van de voorbewerkings- of
doorslijpschijven in acht. De gatdiameter moet zon-
der speling bij de montagespil passen. Gebruik
geen verloopstukken of adapters.
GEVAAR VOOR
LETSEL!
Trek vóór alle werkzaamheden
aan het apparaat altijd eerst de net-
steker uit de contactdoos.
Controleer de voorbewerkings- of
doorslijpschijf. Ze mag noch beschadigd
noch vochtig zijn noch scheuren verto-
nen.
In het andere geval kunnen deze bij gebruik
breken en letsel veroorzaken.
GEVAAR VOOR VERBRANDINGEN!
Draag altijd veiligheidshandschoenen
bij het vervangen van voorbewerkings-
en doorslijpschijven.
Voorbewerkings- en
doorslijpschijven worden tijdens het werken zeer
heet. Pak deze niet vast voordat ze zijn afgekoeld.
OPMERKING:
gebruik altijd alléén schijven
die niet verontreinigd zijn.
Gebruik alléén slijpgereedschappen waarvan
het toegestane toerental minimaal zo hoog is
als het nullasttoerental van het apparaat!
GEVAAR VOOR LETSEL!
Vergrendel de toets
voor de spilvergrendeling
11
alléén bij stilstaande
montagespil
14
.
Druk op de toets voor de spilvergrendeling
11
om het drijfwerk te blokkeren.
Draai de spanmoer
13
los met behulp van een
spansleutel
17
(zie afb. C).
Plaat de voorbewerkings- of doorslijpschijf met
de bedrukte zijde naar het apparaat op de
montageflens
15
.
Plaats vervolgens de spanmoer
13
met de
verhoogde zijde naar boven weer op de
montagespil
14
.
Druk op de toets voor de spilvergrendeling
11
om het drijfwerk te blokkeren.
Draai de spanmoer
13
weer vast met behulp
van de spansleutel
17
.
OPMERKING:
wanneer de schijf na het
vervangen onrustig loopt of trilt, moet hij
onmiddellijk weer worden vervangen.
Algemene veiligheidsinstructies voor elektrische gereedschappen / Ingebruikname