PWS 125 F6
■
58
│
NL
│
BE
Bijzondere veiligheidsvoorschriften
voor slijpen en doorslijpen
a)
Gebruik uitsluitend de voor uw elektrische
gereedschap toegestane slijpmiddelen en de
voor deze slijpmiddelen bestemde bescherm-
kap.
Slijpmiddelen die niet bedoeld zijn voor het
elektrische gereedschap, kunnen niet voldoende
worden afgeschermd en zijn onveilig.
b)
Gekropte slijpschijven moeten zodanig worden
gemonteerd, dat het slijpvlak niet uitsteekt over
de rand van de beschermkap.
Een ondeskundig
gemonteerde slijpschijf, die over de rand van de
beschermkap uitsteekt, kan niet afdoende worden
afgeschermd.
c)
De beschermkap moet veilig zijn aange-
bracht op het elektrische gereedschap en
voor een maximale veiligheid zodanig inge-
steld zijn, dat een zo klein mogelijk deel van
de slijpschijf onbeschermd naar de gebruiker
gericht is.
De beschermkap moet de gebruiker
beschermen tegen afbrekend materiaal, toeval-
lig contact met de slijpschijf en vonken die de
kleding kunnen doen ontbranden.
d)
Slijpmiddelen mogen alleen worden gebruikt
voor de aanbevolen toepassingen.
Bijvoorbeeld: slijp nooit met het zijvlak van
een doorslijpschijf.
Doorslijpschijven zijn be-
doeld voor het doorslijpen van materiaal met
de rand van de schijf. Door zijdelingse krachtin-
werking op deze doorslijpschijven kunnen ze
breken.
e)
Gebruik altijd onbeschadigde spanflenzen
van de juiste grootte en vorm voor de door
u gekozen doorslijpschijf.
Geschikte flenzen
steunen de slijpschijf en beperken zo het risico
van breken van de slijpschijf. Flenzen voor
doorslijpschijven kunnen verschillend zijn van
de flenzen voor andere slijpschijven.
f)
Gebruik geen versleten slijpschijven van gro-
tere elektrische gereedschappen.
Slijpschijven
voor grotere elektrische gereedschappen zijn
niet ontworpen voor de hogere toerentallen van
kleinere elektrische gereedschappen en kunnen
breken.
Verdere bijzondere veiligheids-
voorschriften voor doorslijpen
a)
Voorkom dat de doorslijpschijf blokkeert of
dat er te hard op wordt gedrukt. Snijd niet te
diep.
Overbelasting van de doorslijpschijf ver-
hoogt de kans op kantelen of blokkeren en dus
de mogelijkheid van een terugslag of een breuk
van de slijpschijf.
b)
Mijd de zone voor en achter de roterende
doorslijpschijf.
Als u de doorslijpschijf in het
werkstuk van u weg beweegt, kan in geval van
een terugslag het elektrische gereedschap met
de roterende schijf direct naar u toe schieten.
b)
Als de doorslijpschijf vastloopt of als u het
werk onderbreekt, schakel dan het apparaat
uit en houd het stil tot de schijf stil staat.
Probeer nooit de nog draaiende doorslijp-
schijf uit de snede te trekken, anders kan een
terugslag optreden.
Zoek en verwijder de
oorzaak van het vastklemmen.
d)
Schakel het elektrische gereedschap niet
opnieuw in zolang het zich in het werkstuk
bevindt. Laat de doorslijpschijf eerst het volle-
dige toerental bereiken, alvorens voorzichtig
verder te gaan met het snijden.
Anders kan de
schijf zich vasthaken, uit het werkstuk schieten of
een terugslag veroorzaken.
e)
Ondersteun platen of grote werkstukken om
het risico op een terugslag door een vastge-
lopen doorslijpschijf te verminderen.
Grote
werkstukken kunnen onder hun eigen gewicht
doorbuigen. Het werkstuk moet aan beide zij-
den worden ondersteund, zowel in de buurt van
de doorslijpschijf als aan de rand.
f)
Wees bijzonder voorzichtig bij “invalsnedes”
in bestaande wanden of andere niet goed
zichtbare plaatsen.
De invallende doorslijp-
schijf kan bij het snijden in gas- of waterleidin-
gen, elektrische leidingen of andere objecten
een terugslag veroorzaken.
Summary of Contents for 373563 2104
Page 3: ...A B 6a ...
Page 4: ...C D I 0 E F ...