PET 25 C3
■
34
│
NL
│
BE
Slagkracht instellen
OPMERKING
►
Kies de laagste slagkracht die u nodig hebt
voor het nieten of spijkeren. Houd daarbij
rekening met de lengte van de gebruikte niet-
jes of spijkers en met de stevigheid van het te
verwerken materiaal.
Slagkrachtregelaar
Slagkracht verhogen
♦
Draai de slagkrachtregelaar tegen de
wijzers van de klok in.
Slagkracht verlagen
♦
Draai de slagkrachtregelaar met de wijzers
van de klok mee.
Ingebruikname
In- en uitschakelen
♦
Zet de aan-/uitknop in de stand “I” om het
apparaat in te schakelen.
♦
Zet de aan-/uitknop in de stand “0” om het
apparaat uit te schakelen.
Nieten/spijkeren
♦
Schakel het apparaat in door de aan-/
uitknop in de stand “I” te zetten.
♦
Druk het apparaat met de kopplaat op
de plek van het materiaal die u wilt nieten of
vastspijkeren.
♦
Druk op de ontspanner .
OPMERKING
►
De ingebouwde beveiliging in de kopplaat
voorkomt onbedoeld activeren.
Werken met de parallelaanslag
Als u nietjes of spijkers altijd met dezelfde afstand
tot een rand wilt indrijven, gaat u als volgt te werk:
♦
Trek de parallelaanslag in de pijlrichting uit.
♦
Schuif de parallelaanslag langs de schaal-
verdeling tot aan de gewenste afstand tot de
rand van het object dat u wilt bewerken.
♦
Plaats de parallelaanslag tegen de rand van
het object dat u wilt bewerken.
♦
Ga verder zoals beschreven in het hoofdstuk
Nieten/spijkeren
.
Problemen oplossen
LET OP!
►
Vergewis u ervan dat het apparaat is
losgekoppeld van de stroom, om onbedoeld
inschakelen en hieruit voortvloeiend letsel te
voorkomen.
Oorzaak
Een nietje of spijker blokkeert het apparaat.
Oplossing
♦
Open de magazijnschuif . U lost daardoor
de voorspanning. Draai met de inbussleutel
(afb. D) de bouten van de kopplaat los.
♦
Verwijder het nietje of de spijker.
Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING! LETSELGEVAAR
►
Trek voorafgaand aan alle werkzaamheden
aan het apparaat de stekker uit het stopcontact!
De tacker is onderhoudsvrij.
■
Het apparaat moet altijd schoon, droog en vrij
van olie of smeervet zijn.
■
Reinig het apparaat onmiddellijk na het uitvoe-
ren van de werkzaamheden.
■
Er mogen geen vloeistoffen binnendringen in
het apparaat.
■
Gebruik een doek om de behuizing schoon te
maken. Gebruik nooit benzine, oplosmiddelen
of schoonmaakmiddelen die kunststof aantasten.