8
Opmerking: de verwarmingspomp moet correct geaard zijn.
-Voorschriften voor kabeldoorsnede en elektrische beveiliging
De gegevens die hierboven zijn vermeld, kunnen gewijzigd worden.
Opmerking:
De bovenstaande gegevens komen overeen met een voedingssnoer ≤ 10
m. Als het snoer langer dan 10 m is, moet een grotere kabeldoorsnede gebruikt
worden. Deze kabel kan maximaal 50 m lang zijn.
De netspanning mag niet meer dan 10% variëren ten opzichte van de nominale
waarde. Deze moet liggen tussen 207~253 V. Als de netspanning onderhevig is aan
frequentieschommelingen, neem dan contact op met gespecialiseerde technici voor
geschikte beschermingsinrichtingen.
Installeer een beveiligingsinrichting, zekeringautomaat met een vertraagde 16 A
zekering in de voedingsleiding naar de warmtepomp. Deze beveiligingsinrichting
mag alleen dienen voor de warmtepomp. Installeer eveneens een aardlekschakelaar
Model
EL 011941
THP04N
Hoofdschakelaar
Nominale stroom (A)
7.0
Nominale reststroom (mA)
30
Zekering (A)
7.0
Doorsnede kabel (mm
2
)
3×1,5
Signaalkabel (mm
2
)
3×0,5
A. Voor voeding 230V 50Hz