95
NL
NL
94
OM TE BEGINNEN
1
2
3
De batterij is in orde. U kunt fotograferen.
De batterij is vrijwel uitgeput en u moet hem
op korte termijn vervangen.
De batterij is uitgeput en u moet hem
onmiddellijk vervangen.
Brandt (dooft automatisch).
Knippert en de andere
indicaties worden normaal
weergegeven.
Knippert en de andere
indicaties doven.
INSTELLEN VAN DE
OOGCORRECTIE
Draai de oogcorrectieknop zo dat u de
autofocustekens duidelijk ziet.
BATTERIJ IN DE CAMERA ZETTEN EN CONTROLEREN
U heeft één 3 volt lithiumbatterij nodig (CR123A of DL123A).
1. Terwijl u de onderzijde van het deksel
van het batterijcompartiment in de
richting
1
drukt, draait u het in de
richting
2
open.
• Overtuig u ervan dat de lenskap
gesloten is voordat u het deksel van het
batterijcompartiment opent.
BEVESTIGEN VAN DE
CAMERARIEM
Bevestig de camerariem als afgebeeld.
夞
Houd deze onderdelen altijd goed schoon. Stof en vingerafdrukken kunnen tot
gevolg hebben dat uw foto’s wazig en onscherp worden. Stof en vingerafdrukken
verwijdert u door licht wrijven met een zachte doek.
Indicaties in de zoeker
26 Autofocustekens (zie blz. 97)
27 Spotmeettekens (zie blz. 99)
28 Close-up correctietekens (zie blz. 96)
29 Groene LED (Autofocusindicator)
Brandt: De camera heeft zich scherpgesteld. U kunt fotograferen.
Knippert: De camera heeft zich niet scherpgesteld. De sluiter is geblokkeerd.
Knippert snel: Het lukt de camera niet zich scherp te stellen. U kunt wel fotograferen,
maar het onderwerp wordt mogelijk onscherp afgebeeld.
30 Oranje LED (Flitserindicator)
Dooft: De flitser ontsteekt niet. U kunt fotograferen.
Brandt: De flitser ontsteekt. U kunt fotograferen.
Knippert: De flitser wordt opgeladen. Wacht tot de LED gaat branden.
LCD-venster
31 Datum/tijdindicatie (uitsluitend Quartzdate-uitvoering; zie blz. 101)
32 Waarschuwing tegen bewegen van de camera (zie blz. 100)
33 Opnamenteller
34 Afstandsbediening (optioneel) (zie blz. 100)
35 Zelfontspanner (zie blz. 100)
36 Onderdrukken rode ogen (zie blz. 98)
37 Invulflitsen (zie blz. 98)
38 Flitser uit (zie blz. 98)
39 Nachtscène (zie blz. 99)
40 Batterijlading (zie blz. 95)
41 Spotmeting (zie blz. 99)
42 Oneindig-stand (zie blz. 99)
Opmerking: Als de camera in gebruik is, zijn nooit alle indicaties tegelijk zichtbaar.
HANDLEIDING
Lees voordat u de camera gaat gebruiken, deze gebruiksaanwijzing aandachtig
door (speciaal de paragraaf “Onderhoud en Opbergen” op blz. 102).
DE VERSCHILLENDE ONDERDELEN
(Vouw het voorblad zo open dat blz. 3 zichtbaar blijft.)
Camerahuis
1
Zoomknop (zie blz. 97)
2
Ontspanknop (zie blz. 97)
3
Indicatie-LED Zelfontspanner /
Afstandsbediening
4
Sensor belichtingsmeter
夞
5
Zoeker
6
Autofocusvenster
夞
7
Flitser
夞
(zie blz. 97 – 99)
8
Lens
夞
9
Sensor afstandsbediening
夞
10 Lenskap
11 Deksel batterijcompartiment (zie blz. 95)
12 Bevestigingspunt camerariem (zie
blz. 95, 100)
13 Oogcorrectieknop (zie blz. 95)
14 Groene LED
15 Oranje LED
16 Filmcontrolevenster
17 Statiefaansluiting
18 Datumfunctieknop MODE (Functie)
en Datuminstelknop SET (uitsluitend
Quartzdate-uitvoering, zie blz. 101)
19 Terugwikkelknop gedeeltelijk belichte
film (zie blz. 100)
20 Belichtingsfunctieknop (zie blz. 99)
21 Flitserfunctieknop (zie blz. 98)
22 Keuzeknop Zelfontspanner /
Afstandsbediening (zie blz. 100).
23 LCD-venster
24 Camera-achterwand
25 Sluiting camera-achterwand (zie blz. 96)
2. Steek de batterij vooral in de juiste stand
in de camera. Sluit het deksel van het
batterijcompartiment.
• Een nieuwe batterij is voldoende voor
circa 15 films.
3. Schuif de lenskap in de richting
1
tot hij
op zijn plaats klikt. De lens schuift naar
voren en de flitser veert omhoog.
Controleer in het LCD-venster de
beschikbare batterijlading.
Summary of Contents for m-III 150
Page 63: ...124 MEMO ...
Page 64: ...126 3 4 5 6 7 MEMO 125 ...
Page 65: ...127 8 1 2 3 REMOTE CONTROL RC 300C 9 CS1373000000 A0603 ...