NL
51
Veiligheidsinstructies
Elektrische aansluiting
•
Voor de elektrische installatie in de openlucht gelden speciale voorschriften. De elektrische
installatie mag uitsluitend door een professionele elektricien uitgevoerd worden.
–
De professionele elektricien is krachtens zijn professionele opleiding, kennis en ervaring ge-
kwalificeerd en mag elektrische installaties in de openlucht uitvoeren. Hij of zij kan moge-
lijke gevaren herkennen en leeft de regionale en nationale normen, voorschriften en bepa-
lingen na.
–
Neem voor uw eigen veiligheid in geval van vragen of problemen contact op met een elektri-
cien.
•
Sluit het apparaat alleen aan, wanneer de elektrische gegevens van het apparaat en de voeding
overeenkomen.
•
Gebruik het apparaat uitsluitend op een volgens de voorschriften geïnstalleerde contactdoos.
Het apparaat moet beveiligd zijn via een aardlekschakelaar met een vastgestelde lekstroom
van maximaal 30 mA.
•
Verlengkabels en stroomverdelers (bijv. stekkerdelen) moeten voor het gebruik buitenshuis
geschikt zijn (spatwaterbestendig).
•
Bescherm open stekkers en stopcontacten tegen vocht.
Veilig gebruik
•
Gebruik het apparaat niet als elektrische snoeren of behuizing beschadigd zijn.
•
Voer het apparaat niet af als de stroomkabel beschadigd is. De stroomkabel kan niet worden
vervangen.
•
De rotor in het apparaat bevat een magneet met een krachtig magneetveld, dat pacemakers
of geïmplanteerde defibrillatoren (ICD) kan beïnvloeden. Houd tussen implantaat en magneet
een afstand van minimaal 0,2 m aan.
•
Het apparaat niet aan de elektrische leiding dragen of aan de leiding trekken.
•
Installeer de leidingen zodanig, dat deze tegen beschadigingen zijn beschermd en niemand er-
over kan struikelen.
•
Breng nooit technische veranderingen aan het apparaat aan.
•
Voer uitsluitend die werkzaamheden aan het apparaat uit die in deze gebruiksaanwijzing zijn
beschreven.
•
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen en origineel toebehoren.
•
Neem bij problemen contact op met de geautoriseerde klantenservice of met OASE.
Summary of Contents for Aquarius Eco Expert 22000
Page 290: ...290 BG 8...
Page 291: ...BG 291 30 mA ICD 0 2 m ein OASE...
Page 292: ...292 A...
Page 293: ...BG 293 ARS0066 1 3 2 3 4 5 6 Dynamic Function...
Page 295: ...BG 295...
Page 296: ...296 OASE Eco Control ARS0055 OASE Control www oase com EGC0009 OASE Control PLX0004...
Page 297: ...BG 297 ARS0027 AMX0160...
Page 299: ...BG 299 AMX0161 ARS0067...
Page 301: ...BG 301 2 PumpClean OASE ARS0028...
Page 302: ...302 OASE OASE ARS0054...
Page 303: ...BG 303 20 C...
Page 306: ...306 UK 8...
Page 307: ...UK 307 30 ICD 0 2 OASE...
Page 308: ...308 EMC...
Page 309: ...UK 309 ARS0066 1 3 2 3 4 5 6...
Page 311: ...UK 311...
Page 312: ...312 OASE Eco Control ARS0055 OASE Control www oase com EGC0009 OASE Control PLX0004...
Page 313: ...UK 313 ARS0027 AMX0160...
Page 315: ...UK 315 AMX0161 ARS0067...
Page 317: ...UK 317 2 PumpClean OASE ARS0028...
Page 318: ...318 OASE OASE ARS0054...
Page 319: ...UK 319 20 C...
Page 322: ...322 RU 8...
Page 323: ...RU 323 30 ICD 0 2 OASE...
Page 324: ...324 EMV A...
Page 325: ...RU 325 ARS0066 1 3 2 3 4 5...
Page 327: ...RU 327...
Page 328: ...328 OASE Eco Control ARS0055 OASE Control www oase com EGC0009 OASE Control PLX0004...
Page 329: ...RU 329 ARS0027 AMX0160...
Page 331: ...RU 331 AMX0161 ARS0067...
Page 333: ...RU 333 2 PumpClean OASE ARS0028...
Page 334: ...334 OASE OASE ARS0054...
Page 335: ...RU 335 20 C...
Page 338: ...338 CN 8...
Page 339: ...CN 339 30 mA ICD 0 2 m OASE...
Page 340: ...340 EMC A...
Page 341: ...CN 341 ARS0066 1 3 2 3 4 5 6...
Page 343: ...CN 343...
Page 344: ...344 OASE Eco Control ARS0055 OASE Control www oase com EGC0009 OASE PLX0004...
Page 345: ...CN 345 ARS0027 AMX0160...
Page 347: ...CN 347 AMX0161 ARS0067...
Page 349: ...CN 349 2 OASE PumpClean ARS0028...
Page 350: ...350 OASE OASE ARS0054...
Page 351: ...CN 351 20 C...
Page 354: ...354 XX ARS0032...
Page 355: ...355 ARS0036...