11
nl
nl
7. Proefdraaien
Stap 2 Zet de afstandsbediening op “Test run” (Proefdraaien).
1
Selecteer “Test run” (Proefdraaien) in het Service-menu en druk op de toets [SE-
LECTEREN]. (Fig. 7-1)
2
Selecteer “Test run” (Proefdraaien) in het Test run-menu (Proefdraaien) en druk
op de toets [SELECTEREN]. (Fig. 7-2)
3
Het proefdraaien gaat van start en het scherm Test run (Proefdraaien) wordt
weergegeven.
Stap 3 Voer het proefdraaien uit en controleer de luchtstroomtemperatuur.
1
Druk op de functietoets [F1] om de bedieningsstand te wijzigen. (Fig. 7-3)
Koelstand: controleer of er koude lucht uit de unit wordt geblazen.
Verwarmingsstand: controleer of er warme lucht uit de unit wordt geblazen.
Stap 4 Controleer of de ventilator van de buitenunit goed werkt.
De snelheid van de ventilator van de buitenunit wordt geregeld om de prestaties van de unit te controleren. Afhankelijk van de omgevingstemperatuur draait de ventilator
langzaam en wordt de snelheid alleen verhoogd als de prestaties ontoereikend zijn. Het kan dus gebeuren dat de ventilator door windvlagen ophoudt met draaien of in de
tegenovergestelde richting gaat draaien, maar dit is geen probleem.
Stap 5 Stop het proefdraaien.
1
Druk op de [AAN/UIT]-toets om het proefdraaien te stoppen. (Het Test run-menu (Proefdraaien) wordt weergegeven.)
Opmerking: zie de volgende tabel als er een fout op de afstandsbediening wordt weergegeven.
LCD
Beschrijving van storing
LCD
Beschrijving van storing
LCD
Beschrijving van storing
P1
Inlaatsensorfout
P9
Pijpsensorfout (dubbelwandige pijp)
E0 ~ E5
Communicatiefout tussen de af-
standsbediening en de binnenunit
P2
Pijpsensorfout (vloeistofpijp)
FB
Fout bedieningspaneel binnenunit
P6
Actie t.b.v. bevriezings-/
oververhittingsbeveiliging
U*, F*
(* staat voor een
alfanumeriek
teken met
uitzondering van
FB.)
Storing buitenunit.
Raadpleeg het aansluitschema voor de
buitenunit.
E6 ~ EF
Communicatiefout tussen de bin-
nenunit en de buitenunit
P8
Pijptemperatuurfout
* Raadpleeg het servicehandboek voor de binnen- en buitenunit als er een andere fout optreedt.
Zie de volgende tabel voor de informatie over het LED-display (LED 1, 2 en 3) op het bedieningspaneel van de binnenunit.
LED1 (voeding voor microcomputer)
Geeft aan of er spanning voor de bediening wordt geleverd. Zorg ervoor dat deze LED altijd brandt.
LED2 (voeding voor afstandsbediening)
Geeft aan of er spanning aan de afstandsbediening met draad wordt geleverd. De LED brandt alleen voor de binnen-
unit die is aangesloten op de buitenunit met het adres 0.
LED3 (communicatie tussen binnen- en buiten-
unit)
Geeft aan of de binnen- en buitenunit met elkaar communiceren. Zorg ervoor dat deze LED altijd knippert.
Opmerking: Bij ononderbroken gebruik tijdens het proefdraaien stopt het apparaat na 2 uur.
7.2.2. Met SW4 in het buitenapparaat
Raadpleeg de installatiehandleiding van het buitenapparaat.
7.3. Zelfcontrole (Fig. 7-2)
■
Raadpleeg installatiehandleiding van de afstandsbediening voor meer informatie.
F1
F2
F3
F4
Test run
Input maintenance info.
Setting
Check
Others
Main menu:
Service menu
Cursor
Fig. 7-1
F1
F2
F3
F4
Test run menu
Cursor
Service menu:
Test run
Drain pump test run
Fig. 7-2
F1
F2
F3
F4
Cool
Pipe
Switch disp.
Mode
Fan
Remain
Test run
Fig. 7-3
RG79F453H01_04Nl.indd 11
2019/6/24 17:21:09