38
Bedieningshandleiding MR6401 CPR-sensor
Probleem
Actie
U bent niet bekend met de CPR-sensor
of denkt dat er een probleem is met
de CPR-sensor.
Negeer de feedback van de CPR-sensor en ga door met
de CPR.
Controleer op een passend tijdstip na de CPR of de
klevende tape voor CPR niet is bevuild of beschadigd.
Breng nieuwe klevende tape voor CPR aan en laat een
getrainde operator borstcompressies met de CPR-sensor
uitvoeren op een CPR-oefenpop. Stop met het gebruik van
de CPR-sensor als deze niet naar verwachting functioneert
en neem contact op met het onderhoudspersoneel.
De sensorkabel is niet goed
ingestoken of valt er gemakkelijk uit.
Sluit de sensorkabel aan op de connector en maak de kabel
vast met een kabelgeleider.
Productspecificaties
WAARSCHUWING
●
De CPR-sensor voldoet mogelijk niet aan de bedrijfsspecificaties bij opslag of gebruik buiten
het opgegeven temperatuur- en vochtigheidsbereik.
Veiligheid
Classificaties
(conform IEC
60601-1)
Mate van bescherming tegen
elektrische schokken
Type CF, defibrillatiebestendig
Type bescherming tegen
elektrische schokken
Afzonderlijk gebruikt: klasse II, apparatuur gevoed
door een interne voedingsbron.
Gebruikt in combinatie met een defibrillator of
monitor: klasse II, apparatuur gevoed door een
specifieke of interne voedingsbron.
Mate van bescherming tegen
schadelijk insijpelend water
IP55
Valhoogte
1,5 m
Mate van bescherming tegen
explosiegevaar
De apparatuur is niet geschikt voor gebruik in de
nabijheid van een brandbaar anesthesiemengsel van
lucht met zuurstof of lachgas.
Bedieningsmodus
Doorlopend
Omgevings-
specificaties
Bedrijfcondities
Opslagcondities
Temperatuur
0 tot 50 °C
-30 tot 70 °C
Relatieve vochtigheid
10% tot 95%,
niet-condenserend
10% tot 95%,
niet-condenserend
Barometrisch
57,0 tot 106,2 kPa
57,0 tot 106,2 kPa
Voedingsspe-
cificaties
Ingangsspanning
5 tot 12 V
Stroomverbruik
Niet van toepassing