38
De HEROfill
®
Obturator plastic drager heeft een licht conische vorm. Dit zorgt ervoor dat de verhitte
guttapercha correct terugstroomt. De lengte van de drager is 24 mm. Het coronale gedeelte heeft
een lengte-aanduiding voor elke millimeter (18-23 mm).
Het coronale gedeelte van 6 mm van de drager is hol en vormt de behuizing voor de metalen
injectienaald. Een rubberen endo-stop is aangebracht om de werkafstand te kunnen meten. De
plastic drager en de guttapercha zijn ondoorzichtig voor röntgenstraling.
2. Een stapsgewijze handleiding
Na bij voorkeur One Shape
®
of Revo-S
™
methoden te hebben toegepast voor de vormgeving en
voordat HEROfill
®
Obturator wordt gebruikt, zorgt u dat:
• Het kanaal goed schoon en gevormd is: essentieel voor elke succesvolle wortelkanaalvulling.
• Het wortelkanaal droog is.
• De werklengte is vastgesteld. De plastic drager is flexibel genoeg voor kromme kanalen. Het wordt
uitdrukkelijk aangeraden om roterende vijlen met een hogere coniciteit te gebruiken om voldoende
versmalling te creëren voor de HEROfill®Obturator. Als u vijlen gebruikt met een coniciteit van 2%,
verdient het aanbeveling deze te combineren met een procedure die gebruik maakt van Gates
Glidden boren, gaatjes openers (zoals ENDOFLARE
®
) of soortgelijke vijlen gebruikt voor het maken
van een correcte opening in het coronale gedeelte van het kanaal. Gebruik van HEROfill
®
Verifiers
wordt aanbevolen.
STAP 1: Bepaal de werklengte en kies de juiste HEROfill
®
Obturator afmeting
De werklengte wordt gemeten helemaal tot aan de apex
(A1)
. Wij adviseren de werklengte te meten
vanaf de rand van de tandknobbel. De werklengte kan worden bepaald door middel van
röntgenstralen, een vijzel en een elektronische apexlocator. Doorgaans heeft de juiste afmeting van
HEROfill
®
Obturator dezelfde afmeting als de vijl die het laatst gebruikt is voor de apex van het
kanaal.
Tip: Voor zeer smalle en/of sterk verkalkte kanalen, is het wellicht nuttig een kleinere vijzel te
gebruiken dan die de laatste keer gebruikt werd op de apex.
Wanneer u geen roterende vijzels gebruikt met een coniciteit van 4% of meer, moet u altijd de
lengte van het schoongemaakte wortelkanaal meten met een HEROfill
®
Verifier
alvorens de HEROfill
®
Obturator aan te brengen.
Markeer uw werklengte op uw HEROfill
®
Obturator. Wanneer de HEROfill
®
Verifier iets te los zit in
het derde gedeelte van de apex, wordt de rubberen stop geplaatst op de werklengte. Daarna wordt
de werklengte verplaatst naar de HEROfill
®
Obturator.
STAP 2: Verhitting van de HEROfill
®
Obturator
Plaats
de geselecteerde HEROfill
®
Obturator in de HEROfill
®
Oven
en zet deze aan
(A2,
A3). Voor
meer informatie over het gebruik van de HEROfill Oven raadpleegt u de gebruiksinstructies voor de
HEROfill
®
Oven.
STAP 3: Aanbrengen van een sealer
Terwijl de HEROfill
®
Obturator wordt opgewarmd, vermengt u een hittebestendige sealer met een
lange verwerkingstijd (doorgaans wordt een sealer zonder eugenol -MM-Seal
™
aanbevolen). Zorg dat
het wortelkanaal volledig droog is voordat u de sealer aanbrengt.
Plaats een dun laagje sealer op de wand van het kanaal. Te veel sealer is niet gewenst en onnodig.
Gebruik een papierstiftje (MM-papierstiftjes worden aanbevolen) of een HEROfill
®
Verifier om een
dun laagje sealer aan te brengen op de kanaalwanden. Wanneer meerdere kanalen worden gevuld,
breng dan de sealer tegelijk aan in alle kanalen.
STAP 4: Inbrengen van HEROfill
®
Obturator in het kanaal
Wanneer de oven aangeeft dat de HEROfill
®
Obturator klaar is voor gebruik, verwijdert u de HEROfill
®
Obturator uit de HEROfill
®
Oven. Raadpleeg de handleiding van de betreffende oven voor meer
