BRANDSTOFHANTERING
128 – Dutch
Tanken
•
Verplaats de machine ten minste 3 m van de
tankplaats voor u de motor start.
•
Maak de omgeving rond de tankdop schoon.
Verontreinigingen in de tank kunnen defecten
veroorzaken.
•
Zorg ervoor dat de brandstof goed gemengd is door
de jerrycan te schudden voor u de tank vult.
•
Controleer voor ieder gebruik het brandstofpeil en laat
ruimte over voor de brandstof om uit te zetten, omdat
de warmte van de motor en de zon anders de
brandstof zo uit kunnen laten zetten dat deze
overloopt.
!
WAARSCHUWING! Om het risico op
brand te verminderen, moet u de
volgende voorzorgsmaatregelen nemen:
Vul brandstof bij in een goed
geventileerde ruimte. Vul brandstof nooit
binnenshuis bij.
Rook niet of plaats geen warme
voorwerpen in de buurt van de brandstof.
Tank nooit terwijl de motor draait.
Stop de motor en laat hem voor het
tanken enkele minuten afkoelen.
Open de dop van de tank voorzichtig
wanneer u wilt tanken zodat eventuele
overdruk langzaam verdwijnt.
Draai de dop van de tank goed vast na
het tanken.
Als u er brandstof op gemorst heeft.
Neem alle gemorste brandstof af en laat
de benzineresten verdampen.
Haal de machine altijd weg van de
tankplaats en -bron voordat u hem start.
Summary of Contents for BP152PR
Page 499: ......