45 NEDERLANDS
28.
Gebruik alleen flenzen die voor dit gereed
-
schap zijn bestemd.
29.
Pas op dat u de as, de flenzen (vooral hun
montagevlak) of de bout niet beschadigt.
Beschadiging van deze onderdelen kan zaag-
bladbreuk veroorzaken.
30.
Zorg dat het draaibaar voetstuk goed vast-
gezet is, zodat het tijdens het zagen niet kan
bewegen.
31.
Verwijder voor uw eigen veiligheid zaagafval,
stukjes hout e.d. van de werktafel alvorens te
gaan zagen.
32.
Vermijd het zagen op spijkers. Inspecteer het
werkstuk en verwijder alle eventuele spijkers
alvorens met het zagen te beginnen.
33.
Zet de asvergrendeling in de vrije stand alvo-
rens de trekschakelaar in te drukken.
34.
Zorg ervoor dat het zaagblad in zijn laagste
positie niet in aanraking komt met het draai-
baar voetstuk.
35.
Houd het handvat stevig vast. Denk eraan dat
de zaag bij het starten en stoppen even op- en
neergaat.
36.
Zorg dat het zaagblad bij het inschakelen niet
in contact is met het werkstuk.
37.
Laat het gereedschap een tijdje draaien
alvorens het op het werkstuk te gebruiken.
Controleer op trillingen of schommelingen die
op onjuiste montage of op een slecht uitgeba-
lanceerd zaagblad kunnen wijzen.
38.
Wacht totdat het zaagblad op het maximale
toerental draait alvorens het werkstuk te
zagen.
39.
Stop onmiddellijk met zagen indien u iets
abnormaals opmerkt.
40.
Probeer niet om de trekschakelaar in de inge-
schakeld positie te vergrendelen.
41.
Blijf te allen tijde geconcentreerd, met name
tijdens zich herhalende, monotone bedienin-
gen. Laat u niet door een vals gevoel van vei-
ligheid misleiden. Zaagbladen zijn altijd uiterst
gevaarlijk.
42.
Gebruik uitsluitend de accessoires die in deze
gebruiksaanwijzing worden aanbevolen. Het
gebruik van ongeschikte accessoires, zoals
slijpschijven, kan letsel veroorzaken.
43.
Wees voorzichtig wanneer u gleuven zaagt.
44.
Stof dat tijdens de werkzaamheden vrijkomt,
kan chemische bestanddelen bevatten die
kanker, geboortedefecten of andere voortplan-
tingsschade kunnen veroorzaken. Een paar
voorbeelden van deze chemicaliën zijn:
•
Lood van loodhoudende verfstoffen,
en arsenicum en chroom van chemisch
behandeld hout.
•
Het gevaar van blootstelling hangt af van
hoe vaak u dit soort werk uitvoert. Om
blootstelling aan deze chemicaliën tot
een minimum te beperken, dient u in een
goed geventileerde omgeving te werken
en gebruik te maken van goedgekeurde
veiligheidsmiddelen zoals stofmaskers
die speciaal ontworpen zijn voor het
filtreren van microscopische deeltjes.
45.
Zorg altijd dat het zaagblad scherp en schoon
is om het voortgebrachte geluid tot een mini-
mum te beperken.
46.
De gebruiker dient volledig vertrouwd te zijn
met het gebruik, de afstelling en de bediening
van het gereedschap.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden
door een vals gevoel van comfort en bekendheid
met het gereedschap (na veelvuldig gebruik) en
neem alle veiligheidsvoorschriften van het betref-
fende product altijd strikt in acht. VERKEERD
GEBRUIK of het niet volgen van de veiligheids-
voorschriften vermeld in deze gebruiksaanwijzing
kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
BEVESTIGEN
Wanneer u het gereedschap koopt is het handvat
vergrendeld in de onderste stand door middel van de
aanslagpen. Draai de bout los met de sleutel die bij het
gereedschap werd geleverd en zet de zaagkop in de
juiste hoek. Verwijder de bout en zet de zaagkop vast
met de knop.
►
Fig.1:
1.
Sleutel
►
Fig.2:
1.
Knop
De extra plaat aanbrengen
Leg het gat in de extra plaat op het gat in het voetstuk
van het gereedschap en monteer de extra plaat met
behulp van de schroef.
►
Fig.3:
1.
Extra plaat
2.
Schroef
3.
Voetstuk
Op een werktafel bevestigen
Wanneer u het gereedschap koopt is het handvat ver-
grendeld in de onderste stand door middel van de aan-
slagpen. Ontgrendel de aanslagpen door het handvat
iets omlaag te duwen en de aanslagpen naar buiten te
trekken.
►
Fig.4:
1.
Aanslagpen
Dit gereedschap moet met vier bouten worden gemon-
teerd op een horizontale en stabiele ondergrond met
gebruikmaking van de boutgaten in het voetstuk van
het gereedschap. Hierdoor wordt voorkomen dat het
gereedschap kan omvallen en letsel kan veroorzaken.
►
Fig.5:
1.
Bout
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap
is uitgeschakeld en de stekker ervan uit het stop-
contact is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap te controleren of af te stellen.
Summary of Contents for M2300
Page 2: ...1 Fig 1 1 Fig 2 1 2 3 Fig 3 1 Fig 4 1 Fig 5 1 Fig 6 1 Fig 7 1 Fig 8 2 ...
Page 3: ...1 Fig 9 2 1 3 130mm Fig 10 1 2 Fig 11 1 Fig 12 1 Fig 13 1 2 Fig 14 1 Fig 15 1 2 Fig 16 3 ...
Page 4: ...1 Fig 17 1 2 Fig 18 1 2 3 4 Fig 19 1 2 3 4 5 6 Fig 20 1 Fig 21 1 Fig 22 1 Fig 23 1 2 Fig 24 4 ...
Page 7: ...1 Fig 41 1 2 3 Fig 42 1 Fig 43 1 2 Fig 44 Fig 45 1 2 Fig 46 7 ...
Page 95: ...95 ...