33
Veiligheidswaarschuwingen specifiek voor
draadborstelwerkzaamheden:
a)
Wees erop bedacht dat ook tijdens normaal
gebruik borsteldraden door de borstel worden
rondgeslingerd. Oefen niet te veel kracht uit op de
borsteldraden door een te hoge belasting van de
borstel.
De borsteldraden kunnen met gemak door
dunne kleding en/of de huid dringen.
b)
Als het gebruik van een beschermkap wordt
aanbevolen voor draadborstelen, zorgt u ervoor
dat de draadschijf of draadborstel niet in
aanraking komt met de beschermkap.
De
draadschijf of draadborstel kan in diameter toenemen
als gevolg van de werkbelasting en centrifugale
krachten.
Aanvullende veiligheidswaarschuwingen:
17.
Bij gebruik van een slijpschijf met een verzonken
middengat, mag u uitsluitend met glasvezel
versterkte schijven gebruiken.
18.
GEBRUIK NOOIT een stenen komschijf op deze
slijpmachine.
Deze slijpmachine is niet ontworpen
voor dit type schijven en het gebruik ervan kan leiden
tot ernstig persoonlijk letsel.
19.
Let erop dat u de as, de flens (met name de
montagekant) en de borgmoer niet beschadigt.
Als deze onderdelen beschadigd raken, kan de
schijf breken.
20.
Zorg ervoor dat de schijf niet in aanraking is met
het werkstuk voordat u het gereedschap hebt
ingeschakeld.
21.
Laat het gereedschap een tijdje draaien voordat u
het werkstuk gaat zagen. Controleer op trillingen
of schommelingen die op onjuiste montage of een
slecht uitgebalanceerd schijf kunnen wijzen.
22.
Gebruik de aangegeven kant van de schijf om mee
te slijpen.
23.
Laat het gereedschap niet ingeschakeld liggen.
Bedien het gereedschap alleen wanneer u het
vasthoudt.
24.
Raak de schijf niet onmiddellijk na gebruik aan.
Deze kan bijzonder heet zijn en brandwonden op
uw huid veroorzaken.
25.
Houd u aan de instructies van de fabrikant voor
juiste montage en gebruik van de schijven.
Behandel en bewaar de schijven zorgvuldig.
26.
Gebruik niet afzonderlijke verkleinbussen of
adapterringen om slijpschijven met een groot
middengat te kunnen monteren.
27.
Gebruik uitsluitend flenzen die geschikt zijn voor
dit gereedschap.
28.
Voor gereedschappen waarop schijven met
schroefdraad in het middengat kunnen worden
gemonteerd, controleert u dat de schroefdraad
van de schijf lang genoeg is voor de lengte van de
as.
29.
Controleer dat het werkstuk goed wordt
ondersteund.
30.
Wees erop bedacht dat de schijf blijft doordraaien
nadat het gereedschap is uitgeschakeld.
31.
Als de werkruimte bijzonder heet en vochtig is, of
sterk vervuild is met geleidend stof, gebruik dan
een kortsluitonderbreker (30 mA) om de veiligheid
van de gebruiker te garanderen.
32.
Gebruik het gereedschap niet op materiaal dat
asbest bevat.
33.
Bij gebruik van een doorslijpschijf, gebruikt u
altijd de stofbeschermkap, zoals vereist door
plaatselijke regelgeving.
34.
Doorslijpschijven mogen niet worden blootgesteld
aan enige laterale druk.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van
comfort en bekendheid met het gereedschap (na
veelvuldig gebruik) en neem alle
veiligheidsvoorschriften van het betreffende product
altijd strikt in acht. VERKEERD GEBRUIK of het niet
volgen van de veiligheidsinstructies in deze
gebruiksaanwijzing kan leiden tot ernstig persoonlijk
letsel.
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de stekker uit het stopcontact is getrokken alvorens
de functies van het gereedschap te controleren of af te
stellen.
Asvergrendeling (zie afb. 1)
LET OP:
• Bedien de asvergrendeling nooit terwijl de as nog
draait. Het gereedschap kan hierdoor worden
beschadigd.
Druk op de asvergrendeling om te voorkomen dat de as
kan draaien tijdens het monteren of verwijderen van
schijven of accessoires.
Aan/uit-schakelaar (zie afb. 2)
LET OP:
• Controleer altijd, voordat u het gereedschap aansluit
op het elektriciteitsnet, of de schuifknop op de juiste
manier schakelt en weer terugkeert naar de uit-stand,
wanneer achter op de schuifknop wordt gedrukt.
Om het gereedschap in te schakelen, schuift u de aan/uit-
schakelaar naar de stand I (ON). Om het gereedschap
continu te laten werken, drukt u op de voorkant van de
aan/uit-schakelaar om deze te vergrendelen.
Om het gereedschap uit te schakelen drukt u op de
achterkant van de aan/uit-schakelaar en schuift u de knop
naar de positie O (OFF).
ONDERDELEN AANBRENGEN/
VERWIJDEREN
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de stekker uit het stopcontact is getrokken alvorens
enige werk aan het gereedschap uit te voeren.
Summary of Contents for GA4530
Page 63: ...63 ...