30
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van com-
fort en bekendheid met het gereedschap (na veelvul-
dig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften
van het betreffende gereedschap altijd strikt in acht.
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de vei-
ligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing
kan leiden tot ernstige verwondingen.
ENC007-8
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR ACCU
1.
Lees alle voorschriften en waarschuwingen op
(1) de acculader, (2) de accu, en (3) het product
waarvoor de accu wordt gebruikt, aandachtig
door alvorens de accu in gebruik te nemen.
2.
Neem de accu niet uit elkaar.
3.
Als de gebruikstijd van een opgeladen accu aan-
zienlijk korter is geworden, moet u het gebruik
ervan onmiddellijk stopzetten. Voortgezet
gebruik kan oververhitting, brandwonden en
zelfs een ontploffing veroorzaken.
4.
Als er elektrolyt in uw ogen is terechtgekomen,
spoel dan uw ogen met schoon water en roep
onmiddellijk de hulp van een dokter in. Elektrolyt
in de ogen kan blindheid veroorzaken.
5.
Voorkom kortsluiting van de accu:
(1) Raak de accuklemmen nooit aan met een
geleidend materiaal.
(2) Bewaar de accu niet in een bak waarin
andere metalen voorwerpen zoals spijkers,
munten e.d. worden bewaard.
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Kortsluiting van de accu kan oorzaak zijn van
een grote stroomafgifte, oververhitting, brand-
wonden, en zelfs defecten.
6.
Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C of hoger.
7.
Werp de accu nooit in het vuur, ook niet wanneer
hij zwaar beschadigd of volledig versleten is. De
accu kan namelijk ontploffen in het vuur.
8.
Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen
en hem niet blootstelt aan schokken of stoten.
9.
Gebruik nooit een beschadigde accu.
10. Volg bij het wegwerpen van de accu de plaatse-
lijk geldende voorschriften.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
Tips voor een maximale levensduur van de accu
1.
Laad de accu op voordat hij volledig ontladen is.
Stop het gebruik van het gereedschap en laad de
accu op telkens wanneer u vaststelt dat het ver-
mogen van het gereedschap is afgenomen.
2.
Laad een volledig opgeladen accu nooit opnieuw
op. Als u de accu te veel oplaadt, zal hij minder
lang meegaan.
3.
Laad de accu op bij een kamertemperatuur tus-
sen 10°C en 40°C. Laat een warme accu afkoelen
alvorens hem op te laden.
4.
Laad de accu zeker elk half jaar een keer op, ook
als u deze geruime tijd lang niet gebruikt.
BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
accu ervan is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap af te stellen of te controleren.
Installeren of verwijderen van de accu (Fig. 1)
LET OP:
• Schakel het gereedschap altijd uit alvorens de accu te
installeren of te verwijderen.
•
Houd het gereedschap en de accu stevig vast wan-
neer u de accu aanbrengt of verwijdert.
Als u het
gereedschap en de accu niet stevig vasthoudt, zou er
iets uit uw handen kunnen glippen, met gevaar voor
schade aan het gereedschap of de accu en eventuele
verwonding.
Om de accu uit het gereedschap te halen, verschuift u de
knop op de voorkant van de accu en trekt u de accu eraf.
Om de accu te installeren, doet u de tong op de accu
overeenkomen met de groef in de behuizing en dan
schuift u de accu erin. Schuif de accu er altijd volledig in
totdat die op zijn plaats vast klikt. Als u de rode aandui-
ding boven de knop kunt zien, is ze niet volledig vergren-
deld.
LET OP:
• Schuif de accu volledig erin totdat de rode indicator niet
meer zichtbaar is. Als u dit nalaat, zou de accu uit het
apparaat kunnen vallen en uzelf of anderen kunnen
verwonden.
• Druk de accu er niet met kracht in. Als de accu er niet
soepel in gaat, houdt u die waarschijnlijk in de ver-
keerde stand.
Accubeveiligingssysteem (Lithium-ionenaccu
met een stermarkering) (Fig. 2)
Lithium-ionenaccu’s met een stermarkering zijn voorzien
van een beveiligingssysteem. Dat kan automatisch de
stroomtoevoer afsluiten om de levensduur van de accu
te verlengen.
Het gereedschap kan tijdens gebruik automatisch stop-
pen wanneer het gereedschap en/of de accu aan één
van de volgende omstandigheden wordt blootgesteld:
• Overbelasting:
Als het gereedschap wordt gebruikt op een manier die
een abnormaal hoge stroomsterkte vergt.
In dat geval laat u de trekkerschakelaar van het
gereedschap los en verhelpt u de oorzaak van de over-
belasting. Vervolgens drukt u de trekkerschakelaar
weer in om het gereedschap te herstarten.
Als het gereedschap niet start, kan de accu oververhit
zijn. In dat geval laat u de accu even afkoelen voordat
u de trekkerschakelaar opnieuw indrukt.
• Onvoldoende accuspanning:
Als de resterende accuspanning onvoldoende is, zal
het gereedschap niet starten. In dat geval verwijdert u
de accu en laadt u die opnieuw op.