19
13
14
15
16
A
B
11
19
19
20
17
11
10
12
Monteren van de scheidslijper
- De geleiwagen met de handgreepbuis op de grond zetten.
- Met een voet vast op de handgreepbuis gaan staan.
- De doorslijpmachine zoals op de afbeelding vasthouden,
aan beide zijden van de klembeugel (
10
) inhaken en
krachtig naar achteren trekken tot aan de aanslag. Hierbij de
handbescherming (
11
) naar de draagplaat (
12
) zwenken.
Opmerking:
Een eventueel aan de doorslijpmachine
gemonteerde extra standvoet (bij 16"-apparaten) of een
standvoet met wielen, moet vóór de montage worden
verwijderd!
-
De handbescherming (
11
) van de doorslijpmachine tussen de
beide bevestigingen (
13
) op de draagplaat drukken.
- De veiligheidsvergrendelingsknop op de doorslijpmachine
naar binnen drukken (zie de dienovereenkomstige
gebruiksaanwijzing van de doorslijpmachine).
- De vergrendelingsbeugel (
14
) omklappen (A) en met behulp
van de excentrische plaat (
15
) borgen (
B
).
-
De excentrische plaat met behulp van de snelspanhendel (
16
)
vergrendelen.
Opmerking:
De snelspanhendel (
16
) kan in de gewenste positie
worden gebracht door hem in de richting van de pijl te trekken en
vervolgens te draaien.
Door aan de snelspanhendel te trekken, wordt de schroefwerking
opgeheven. Opspannen is mogelijk door het opnieuw vastgrijpen
van de hendel.
Gasbediening instellen
De gasbediening met de Bowden-kabel is af fabriek ingesteld.
Wanneer de afstand tussen de gashendel van de doorslijpmachine
(
18
) en de gasbediening (
17
) geen speling (loze afstand) van ca.
6 mm heeft, moet als volgt te werk worden gegaan:
-
Beide moeren (
19
) losdraaien en de Bowden-kabel (
20
) in de
desbetreffende richting draaien.
- Nadat de afstand is ingesteld moeten beiden moeren (
19
)
opnieuw worden vastgedraaid.
Let op!
De afstand van de gasbediening tot de gashendel aan de
doorslijpmachine is absoluut noodzakelijk, om te voorkomen dat
de doorslijpschijf na het starten van de doorslijpmachine ongewild
zou beginnen draaien.
Voor elke ingebruikname controleren!
6 mm
18
17