30
NEDERLANDS (Originele instructies)
Verklaring van het onderdelenoverzicht
TECHNISCHE GEGEVENS
• Als gevolg van ons doorlopende onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma, zijn de technische gegevens van dit
gereedschap onderhevig aan veranderingen zonder voorafgaande kennisgeving.
• Specificaties en accu’s kunnen van land tot land verschillen.
• Gewicht, inclusief de accu, volgens de EPTA-procedure 01/2003
Gebruiksdoeleinden
ENE028-1
Het gereedschap is bedoeld voor het recht zagen in de
lengte- en breedterichting, en verstekzagen onder een
hoek in hout, waarbij het gereedschap stevig in contact
staat met het werkstuk.
Algemene
veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
GEA010-1
WAARSCHUWING Lees alle
veiligheidswaarschuwingen en alle instructies.
Het
niet volgen van de waarschuwingen en instructies kan
leiden tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en
instructies om in de toekomst te
kunnen raadplegen.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
SPECIFIEK VOOR EEN
ACCUCIRKELZAAG
GEB061-4
Zaagmethoden
1.
WAARSCHUWING: Houd uw handen uit de
buurt van het zaaggebied en het zaagblad. Houd
met uw andere hand de voorhandgreep of de
behuizing van het gereedschap vast.
Als u de
cirkelzaag met beide handen vasthoudt, kunt u nooit
in uw handen zagen.
2.
Reik nooit met uw handen onder het werkstuk.
De
beschermkap kan u niet beschermen onder het
werkstuk tegen het zaagblad.
3.
Stel de zaagdiepte in overeenkomstig de dikte van
het werkstuk.
Minder dan een volledige tandhoogte
dient onder het werkstuk uit te komen.
4.
Houd het werkstuk waarin wordt gezaagd nooit
vast met uw handen of benen. Zorg dat het
werkstuk stabiel is ten opzichte van de
ondergrond.
Het is belangrijk het werkstuk goed te
ondersteunen om de kans te minimaliseren dat uw
lichaam blootgesteld wordt, het zaagblad vastloopt of
u de controle over het gereedschap verliest.
Afbeelding van goed vasthouden met uw handen
en goede ondersteuning van het werkstuk (zie
afb. 1).
5.
Houd het elektrisch gereedschap alleen vast aan
het geïsoleerde oppervlak van de handgrepen
wanneer u werkt op plaatsen waar het
zaaggarnituur met verborgen bedrading in
aanraking kan komen.
Door aanraking van onder
spanning staande draden, zullen de niet-geïsoleerde
metalen delen van het gereedschap onder spanning
komen te staan zodat de gebruiker een elektrische
schok kan krijgen.
6.
Gebruik bij het schulpen altijd de breedtegeleider
of de langsgeleider.
Hierdoor wordt de
nauwkeurigheid van het zagen vergroot en de kans op
vastlopen van het zaagblad verkleint.
7.
Gebruik altijd zaagbladen met doorngaten van de
juiste afmetingen en vorm (diamant versus rond).
Zaagbladen die niet goed passen op de
bevestigingsmiddelen van de cirkelzaag, zullen
1.
Rode deel
2.
Knop
3.
Accu
4.
Ster-merkteken
5.
Hendel
6.
Zool
7.
Zaaglijn
8.
Uit-vergrendeling
9.
Aan/uit-schakelaar
10. Asvergrendeling
11. Inbussleutel
12. Zeskantbout
13. Buitenflens
14. Zaagblad
15. Binnenflens
16. Stofafzuigaansluitmond
17. Schroef
18. Slang
19. Stofzuiger
20. Stelschroef voor 90°
21. Geodriehoek
22. Slijtgrensmarkering
23. Koolborsteldop
24. Schroevendraaier
Model
DSS500
DSS501
Diameter zaagblad
136 mm
Max. zaagdiepte
bij 90°
51 mm
bij 45°
35 mm
Onbelaste snelheid (min
-1
)
3.600
Totale lengte
359 mm
364 mm
Netto gewicht
2,6 kg
2,7 kg
Nominale spanning
14,4V gelijkspanning
18 V gelijkspanning