49
13. Verzorg het gereedschap zorgvuldig.
Houd snijdende gereedschappen scherp en schoon voor betere en veiligere prestaties. Volg
de instructies voor het invetten en wisselen van de accessoires op. Controleer regelmatig de
snoeren en laat beschadigde delen repareren door een erkende serviceafdeling.
14. De accu uit het gereedschap verwijderen.
Verwijder, indien mogelijk, de accu uit het gereedschap, als deze niet gebruikt wordt, voordat
u onderhoud uitvoert of als u accessoires, zoals beitels, bits en messen, wisselt.
15. Verwijder instelgereedschappen of schroefsleutels.
Maak er een gewoonte van om te controleren, dat de instelgereedschappen of
schroefsleutels verwijderd zijn, voordat u het gereedschap inschakelt.
16. Voorkom onbedoeld starten van het gereedschap.
Draag het gereedschap niet met een vinger aan de schakelaar.
17. Wees alert.
Let op wat u doet. Ga met verstand te werk. Gebruik het gereedschap niet als u moe bent.
18. Controleer onderdelen op beschadiging.
Voordat u verder gebruik maakt van dit gereedschap, moet een beschadigde beschermkap of
ander onderdeel zorgvuldig nagekeken worden om na te gaan of deze nog correct
functioneert en of zijn beoogde werking niet aangetast is. Controleer de bewegende delen of
ze goed uitgelijnd zijn en niet vastklemmen, onderdelen op breuk, de bevestiging en elke
andere omstandigheid waardoor de werking nadelig beïnvloed kan worden. Een beschadigde
beschermkap of ander onderdeel moet, tenzij anders aangegeven in deze
gebruiksaanwijzing, op de juiste wijze gerepareerd of vervangen worden door een erkende
serviceafdeling. Laat beschadigde schakelaars vervangen door een erkende serviceafdeling.
Gebruik geen elektrisch gereedschap waarvan de schakelaar defect is.
19. Let op.
Het gebruik van accessoires of inzetgereedschappen, anders dan aanbevolen in deze
gebruiksaanwijzing of catalogus, kan leiden tot persoonlijk letsel.
Zorg ervoor dat u alleen geschikte accu’s in het gereedschap gebruikt.
Zorg ervoor dat de buitenkant van de accu schoon en droog is, voordat u deze in het
oplaadapparaat plaatst.
Laad accu’s alleen op in oplaadapparaten die door de fabrikant worden geadviseerd. Onjuist
gebruik kan leiden tot een elektrische schok, oververhitting of lekkage van de corroderende
vloeistof uit de accu.
20. Laat het gereedschap repareren door gekwalificeerd personeel.
Dit gereedschap is vervaardigd volgens de relevante veiligheidseisen. Laat het gereedschap
alleen repareren door gekwalificeerd personeel en alleen met originele
vervangingsonderdelen. Zoniet kan dit een aanzienlijk gevaar voor de gebruiker opleveren.
21. Verwijdering van de accu.
Zorg ervoor dat de accu veilig en in overeenstemming met de instructies van de fabrikant
verwijderd wordt.